Indonesië, tijdens de afgelopen 9,5e maanden ben ik er bijna de helft van mijn tijd geweest. Het is zo’n heerlijke bestemming om te verblijven, en daarvoor zijn wat mij betreft heel wat redenen.
In dit artikel noem ik er 10. Als afsluiter deel ik bovendien nog enkele dingen met je die ik minder fijn vind aan het land.
Dus, waarom zou je naar Indonesië gaan?
Natuurlijk, ze is goedkoop. De mensen lachen vrijwel altijd naar je en je vindt er boeiende tempelcomplexen zoals de Borobudur en Prambanam. En uiteraard de ontelbare schitterende rijstvelden. Maar er zijn zoveel meer redenen. Te veel eigenlijk. Hieronder bespreek ik er 10.
1. Qua stranden en eilanden is het een paradijs
Als het op stranden en eilanden aankomt, dan weet je in Indonesië echt niet wat je meemaakt. Samen met de Filipijnen en het diepe zuiden van Thailand is Indonesië wat mij betreft de beach-bestemming van Zuidoost-Azië. Verlaten stranden, drukbezochte baaitjes, alles is er te vinden. Bovendien is snorkelen en duiken op veel locaties ronduit geweldig.
Wikipedia weet te melden dat Indonesië uit meer dan 17.000 eilanden bestaat. En geloof me, daarvan zijn er heel wat die tot de bekende bounty-paradijsjes gerekend kunnen worden. Denk aan Karimunjawa en nabijgelegen droomplekken als Gleyang Island, Cemara Kecil, de vele Gili’s, Nusa Lembongan waar je tussen de mantaroggen kunt snorkelen, de Togean Islands & Labengki Island bij Sulawesi, Pulau Weh rond Sumatra (al waren bij mij de stranden weggespoeld door hevige storm), Raja Ampat waar je zelfs met haaien kunt zwemmen, de Kei-eilanden bij Maluku en ga zo maar verder.
Die laatste plek, Maluku, oftewel de Molukken, is een bestemming die bij mij hoog op het verlanglijstje staat (update oktober 2018: inmiddels ben ik er geweest en het was geweldig 🙂 ). Niet vreemd als je deze foto ziet denk ik:
Bekijk de Facebookpagina ‘Wonderful Indonesia’ eens. Het is echt ongelofelijk mooi.
2. De basics van de taal zijn redelijk eenvoudig te leren
In tegenstelling tot bijvoorbeeld Vietnam of Thailand, waar behalve moeilijke woorden met verschillende klanken wordt gesproken, is de Indonesische taal –‘Bahasa’- wat mij betreft redelijk eenvoudig. De basics tenminste.
Als je van 1 tot 10 kunt tellen én weet wat 100 en 1.000 is, kun je vrijwel moeiteloos tot 999.999 tellen. Niet dat je dit wilt, maar om te onderhandelen op lokale markten is het erg handig. Wanneer je de lokale taal een beetje spreekt, zal je merken dat je respect afdwingt en sneller de lokale prijs krijgt. ‘20’ is ‘2 keer 10’, ‘30’ ‘3 keer 10’ enzovoort. Erg logisch.
En om het nog wat makkelijker te maken: veel woorden komen exact overeen met het Nederlands. Enkele voorbeelden: asbak, gratis, notaris, handel, vermaak, achteruit, knalpot, stempel en doorsmeer.. En sommige schrijf je net even anders, maar worden hetzelfde uitgesproken, denk aan: apel, adopsi, kantor, bioskop, kwitansi, ekonomi, polisi, postkantor, imigrasi.
Het is overigens niet zo dat ik volledige zinnen kan uitspreken hoor, maar ik ken inmiddels wel best wat woorden. En nogmaals: het versterkt je onderhandelingspositie als je wat gaat kopen en je kunt bovendien eenvoudiger in contact komen met de locals. Je voelt je meteen meer onderdeel van lokale samenleving, in plaats van slechts een ‘afstandelijke’ toerist.
Wist je trouwens dat in Maleisië nagenoeg dezelfde taal gesproken wordt? Doe dus een beetje moeite en je slaat twee vliegen in een klap 🙂 .
Nog iets: weet dat op ieder eiland, behalve Bahasa, doorgaans een eigen dialect geldt. Balinees, Javaans, Bandjarees en ga zo maar door. Zo kwam ik er in Banda Aceh achter dat ‘Ache’ de voertaal is.
3. Indonesië is hét land om vulkanen te beklimmen
‘Gunung’ je hebt er vast wel eens van gehoord. Dit woordje staat voor ‘berg’ en daar zijn er heel erg veel van in Indonesië. Weer een gedeelte daarvan bestaat uit vulkanen. En het vette is dat je er behoorlijk wat kunt beklimmen. Indonesië is zonder twijfel hét land als het op vulkanen aankomt.
Bekende excursies zijn die naar de top van Mount Bromo, Gunung Merapi, Gunung Batur, Mount Merapi, de Ijen-krater, de uitdagende Mount Rinjani, Gunung Kerinci en Mount Kelimutu. Ik kan nog wel even doorgaan, maar dan stop ik nooit.
De uitzichten gecombineerd met de opkomende zon zijn onbetaalbaar. Als backpacker die wel van een uitdaging houdt, is Indonesië een land waar je niet omheen kunt. Dat is voor mij wel duidelijk.
4. Je komt makkelijk in contact met de locals
Misschien is het persoonlijk, maar ik vind Indonesiërs een stuk toegankelijker dan bijvoorbeeld Vietnamezen, Maleisiërs en zelfs Thai. Je maakt er vrij gemakkelijk contact mee en men is wat minder afstandelijk dan in nabijgelegen landen. Als je het mij vraagt tenminste.
In Indonesië ben ik dan ook het meest met locals opgetrokken, meer dan in ieder ander land. Zo heb ik al heel wat mooie plekjes gezien, plekjes waar ik anders waarschijnlijk nooit was gekomen. En heb ik natuurlijk erg leuke mensen leren kennen. Het verrijkt een reis voor mij.
Wanneer ik langs een groepje Indonesiërs loop, komt het regelmatig voor dat ze me enthousiast aanspreken en uitnodigen om met ze te eten of te drinken. Het lijkt dan alsof ze gewoon heel erg blij of trots zijn dat mensen van buitenaf hun land komen bezoeken.
Een vraag aan jou: wist je dat Indonesië diverse minderheidsgroeperingen kent, die op hun eigen bijzondere manier leven? Ga voor een unieke ervaring en maak kennis met ze. Uitgelezen plaatsen hiervoor zijn onder meer Toraja op Sulawesi, Flores en Kalimantan.
5. Er worden nogal bijzondere begrafenisceremonies gehouden
Op diverse plekken kun je als toerist een begrafenis bijwonen. Maar op Sulawesi en met name in Tana Toraja is dit wel heel erg bijzonder. De overleden wordt in een huisje of thuis in bewaring gehouden. Maanden of soms zelfs jaren. Ja, je leest het goed.
Er moeten simpelweg genoeg financiën zijn. Wanneer er voldoende geld is om de uitvaart te kunnen betalen, gaat het geheel van start. De Toraja, de plaatselijke bewoners, vinden het leuk als je een kijkje komt nemen. Het is een stukje cultuur dat je voor altijd zal bijblijven.
Wees er overigens op voorbereid dat er buffels en varkens op brute wijze worden geslacht. Dit gebeurt doorgaans (gelukkig) op een andere locatie, waardoor je hier geen getuige van hoeft te zijn.
Als je gaat, neem dan een cadeautje mee voor de locals. Waar zijzelf nogal eens met varkens aankomen, raad ik je aan om gewoon een slof sigaretten of een krat Bintang mee te brengen.
6. De sambal is verrukkelijk
Dan iets compleet anders. Houd je van pittig eten? Indo’s zijn dol op sambal en bij veel ‘warungs’, lokale eettentjes, maakt men dit sausje zelf met behulp van verse chili, knoflook en dergelijke. Lekker met nasi goreng of gefrituurde tempé. Ga je ergens eten waar Padang food wordt gemaakt, dan heb je vaak ook nog de keuze uit een groene variant. Dit is mijn persoonlijke favoriet.
Geloof me, sambal op deze manier bereid smaakt zoveel beter dan de potjes van Conimex die we van thuis kennen. En bovendien: geen E-nummers en daarmee puur natuur.
Kijk er niet van op als je in een restaurantje komt waar ze 10 of meer soorten hebben trouwens. Dit zijn vaak speciale sambal warungs.
7. Het is een walhalla voor surfers
Als je van surfen houdt of het wilt leren, vlieg dan vandaag nog naar Indonesië. Je hebt er talloze uitmuntende surfplekken. Denk bijvoorbeeld aan Canggu en Padang op Bali, het eiland Sumbawa, de Mentawai-eilanden, Kuta op Lombok, de Sumba-eilanden, de Panaitan-eilanden en de Nias-eilanden. En zo zijn er nog tig.
Of je nou een beginnend of gevorderd surfer bent, Indonesië biedt voor jou ultieme mogelijkheden. Spring op die plank en show je skills 😉 .
Houd wel rekening met de regels die in het water gelden. Zomaar ongetraind op een bord gaan staan zonder dat je weet hoe je te gedragen in de vaak drukke zee, is niet aan te raden.
8. Je kunt unieke (en heerlijke) fruitsoorten proberen
Snake Fruit, heb je er al eens van gehoord? Letterlijk vertaald ‘slangenfruit’. Ik kende het eerlijk gezegd niet en heb er in Indonesië kennis mee gemaakt. In omringende landen heb ik deze fruitsoort trouwens ook nergens gezien.
In het begin moet je misschien wat wennen aan de ietwat nootachtige smaak, maar ik vind het echt heerlijk. Nadat je de slangenhuid -die behoorlijk scherp kan zijn, ik heb m’n vingers er al vaker mee gesneden- van de vrucht hebt afgepeld, kun je een hap zetten in de witte vitaminebom. Probeer het en oordeel zelf.
Voordat ik het vergeet: doe wel altijd even een check. In Yogyakarta kwam ik er namelijk (te laat) achter dat er wormpjes in zaten. Tja, je kan maar net een rotte in je hand hebben hè?
En dan is er bijvoorbeeld nog de durian. De stinkvrucht. Ik heb er in Thailand ooit een ijsje van gegeten. Vrij smerig vond ik. Durf jij het aan? En wat te denken van zuurzak (‘soursop’)? Ooit geprobeerd?
Over fruit gesproken: probeer ook zeker eens een avocado juice. Een sapje dat in Indonesië veel te krijgen is, verder heb ik dit eigenlijk alleen in Vietnam gezien. Let wel op, aangezien er gecondenseerde melk én suiker bij wordt gedaan. Vaak tevens nog een chocoladesausje. Ik kies meestal enkel voor het laatste, omdat ik geen zin heb in een overdosis suiker.
9. Er is grote kans om orang-oetans in het wild te zien
Aapjes kijken is leuk, maar heb je al eens orang-oetans in het wild gespot? Ikzelf heb dit gedaan in het Gunung Leuser National Park bij Bukit Lawang. Toegegeven, helemaal het ‘wilde’ gevoel heb ik er niet aan over gehouden, aangezien de gidsen de namen van de beesten kenden en duidelijk te zien was dat het gros van deze apen gewend is aan mensen. Desondanks was het een schitterende ervaring.
Maar…
Op een dag toen ik in het dorpje (Bukit Lawang) wat zat te eten, zag ik op afstand ineens een orang-oetan slingerend in de bomen opduiken. Een mooi moment dat ik nog lang zal onthouden.
Een minder bekende plek op Sumatra maar een die absoluut aan te raden is, is Ketambe. Doe er een jungletrekking en spot orang-oetans in het wild.
Verder kun je denken aan Kalimantan waar je een boottocht -in een lokale ‘klotok’- door het ongerepte Tanjung Puting National Park maakt en daarbij orang-oetans in de bomen kunt zien hangen of zitten. En niet alleen orang-oetans, ook bijvoorbeeld de opmerkelijke neusapen, de ‘proboscis monkey’. Heel erg speciaal om mee te maken.
Even terugkomend op het woordje ‘jungle’: liefst 51% van Indonesië bestaat uit bossen. Wereldwijd is ze daarmee een van de groenste landen. Je snapt zelf al wel dat er tig mogelijkheden zijn om te gekke trekkings door de jungle te maken. Mijn aanraders: Sulawesi, Sumatra en Kalimantan.
10. Indonesië is het enige land waar de Komodo dragon leeft
Heb jij dit bijzondere ‘geval’ al wel eens gezien? Zelf dacht ik er op Maleisisch Borneo en op Perhentian Kecil (Maleisië) enkele gespot te hebben, maar achteraf bleken het andere varanen geweest te zijn. ‘Monitor lizards’.
De Komodovaraan leeft namelijk enkel in Indonesië, op de eilanden Komodo, Rinca, Flores, Gili Motang en Padar. Dit beest kan liefst drie meter lang worden en een gewicht van 70 kilogram bereiken. Ze is daarmee officieel de grootste hagedis ter wereld. Want inderdaad, de Komodo dragon behoort tot de hagedissen. Ikzelf vind het eerder een krokodil, maar goed 😉 .
Pak je kans om deze reusachtige verschijning in levende lijve te zien en ga naar een van de eilanden in het Komodo National Park. Grote kans dat je mond openvalt van verbazing. Of schrik 😀 .
Nog iets…
Je kent vast wel die berichten dat Bali toeristisch is en dat je het daarom zelfs beter over zou kunnen slaan. Dikke onzin wat mij betreft. Persoonlijk vind ik het gewoon een heerlijke plek om te zijn. Bovendien kent ook Bali rustigere spots. Denk aan een plaatsje zoals Sidemen met haar vele rijstvelden.
Zelf ben ik nu een maand in Canggu geweest en sinds enkele dagen in Ubud.
Ja, beide plaatsjes zijn nogal drukbezocht.
Echter, als je de drukte wat wilt ontlopen, wees dan een beetje creatief. Zoek bijvoorbeeld een leuke AirBnb uit. Zelf zit ik nu in een heel rustig gelegen huisje op 5 minuten rijden van Ubud-centrum. En dat voor 12 euro per dag (na onderhandelen 😉 )! Bekijk de plaatjes zelf maar:
Geweldig toch?
Bovendien is toeristisch niet per definitie fout of zo. Soms lijkt het daar bijna op. De vele aanwezige reizigers maakt Bali een ideale plek om je soloreis te beginnen. Je komt namelijk vrij eenvoudig in contact met andere backpackers.
In Ubud, waar ik nu ben, stikt het van de toeristen uit alle uithoeken van de wereld, in werkelijk alle leeftijden en categorieën. Dat, gecombineerd met het kunstzinnige karakter van dit plaatsje en met de authentieke lokale invloeden, maakt het tot een heel bijzondere bestemming om te zijn.
Dus, Bali is zeer zeker de moeite waard wat mij betreft.
Wat vind ik minder leuk aan Indonesië?
Er zijn ook wel wat dingetjes die me minder bevallen aan Indonesië, al valt het allemaal wel mee.
Wat precies?
Allereerst de gigantische drukte, met name in de steden. En dan heb ik het over scooters. Jakarta, Yogyakarta, Medan, Kuta, Ubud en ga zo maar door. Soms irriteer ik me er behoorlijk aan. De uitlaatgassen die tegen m’n schenen aankomen, het stilstaan en vooral het simpele feit dat er nauwelijks ruimte is om te lopen. Op veel plekken is namelijk geen stoep aanwezig, waardoor een eenvoudige wandeling nog wel eens gevaarlijk kan worden. Helemaal in het donker, als je bijvoorbeeld wat wilt gaan eten.
Het eten, zoals nasi goreng, nasi campur of sate ayam, is zeker lekker, alleen groenten ontbreken vaak. “Sajur?”, wat ‘groente’ betekent, is mijn standaard vraag bij aankomst in een warung. Op een enkel stukje kool na, ligt er meestal weinig qua vitaminen. Daarvoor ga ik daarom naar de lokale markt.
Dan de koffie. Het is heel gewoon om een lepel ‘kopi’ in een glas of mok te doen en vervolgens heet water toe te voegen. Roeren en drinken maar. Doe mij maar de koffie zoals ze ‘m in Vietnam maken, langzaam druppelend 🙂 .
Verder vind ik de manier waarop het verlengen van je visum in z’n werk gaat behoorlijk ouderwets en inefficiënt. Je moet drie keer langskomen, enkel en alleen om een stempeltje te krijgen. En wanneer het tegenzit, zelfs 4 keer inclusief 10 uur wachten. Op Bali heb ik het maar via een tussenpersoon geregeld. Alsnog moet je dan nog een keer naar het immigratiekantoor om foto’s te nemen en vingerafdrukken af te geven. In mijn geval betekende dit een uur heen, wachten en een uur terug. Waarom niet gewoon vooraf een tweemaanden-visum kunnen regelen?
Tot slot heb ik nog iets waar ik (soms) echt gek van word. De muggen die bij schemering de aanval inzetten. Hier op Bali lijkt het erger dan ik ooit heb meegemaakt. Mijn voeten lijken zo nu en dan wel geruïneerd. Echt een specifiek nadeel aan Indonesië is dit eerlijk gezegd niet, bijna overal in Zuidoost-Azië is het muggenprobleem bekend.
Ga jij backpacken in Indonesië?
Laat mij je dan helpen. Tenminste, als jij het maximale uit je reis wilt halen 🙂 .
Samen met verschillende Indonesië-experts heb ik namelijk een ultieme backpackgids speciaal voor Indonesië ontwikkeld. Het is een prachtige gids geworden vol met routes, insider-tips en inspiratie.
Onder meer de volgende dingen komen aan bod:
Cruciale informatie voor je vertrekt.
Tips waar je als backpacker moet zijn, maar ook waar beter niet.
Per bestemming bespreken we de mooiste bezienswaardigheden en de leukste activiteiten.
Veelzijdige routes die bovendien zijn aan te passen aan jouw specifieke wensen.
Iedere route is voorzien van een handig routekaartje, inclusief tips hoelang ergens te blijven.
Handige schema’s waarin je ziet hoelang het duurt om van de ene naar de andere plek te reizen.
Adviezen voor transport, om geld te besparen en om zo veilig mogelijk op pad te gaan.
52 extra tips om het maximale uit je reis te halen.
Wil jij meer weten over deze ultieme gids voor Indonesië-reizigers?
Ga jij ook nog backpacken in andere delen van Azië?
Dan ga ik je graag helpen 🙂 . Samen met een team van Azië-kenners heb ik Backpackgids Azië ontwikkeld. De missie is duidelijk: zorgen dat jouw reis een groot succes wordt.
Onder meer de volgende issues komen aan bod:
Hoe stippel ik een route uit? Welke route(s) kan ik volgen?
Hoe kan ik kosten besparen en toch maximaal genieten?
Hoe blijf ik veilig en gezond tijdens mijn reis?
Waar moet ik als backpacker zijn?
Welke cruciale dingen mag ik niet vergeten voor ik vertrek?
Welke accommodatie past bij mij?
Wil jij meer weten over het meest complete Nederlandstalige backpackpakket voor Azië-reizigers?
En, wat vind jij van Indonesië?
Beste Robbert,
Vanaf ongeveer 12 september gaan mijn vriend en ik ongeveer drie maanden backpacken. Dit kan korter worden, maar ook zeker langer!
Ik ben nu van alles aan het uitzoeken qua routes etc. Ik moet zeggen dat jouw site super handig is door alle informatie! Thanks.
Nu heb ik een vraagje met betrekking tot onze route. Op dit moment zijn we van plan de volgende landen te bezoeken: Bali, Vietnam en Thailand. De planning was om ze ook in die volgorde te bezoeken. Onder andere door het weer enzovoort.
Ik weet alleen niet zeker of het slim is om in Bali te starten en of dit een goede volgorde is (ook ivm de vliegprijzen).
Heb jij misschien een tip met betrekking tot deze landen, of zou jij misschien een land niet doen of juist een ander land erbij?
Alvast bedankt!
Groetjes Iris
Hoi Iris,
Lijkt me een prima planning.
Wat ik zou doen… Ja weet je wat het is: waarnaar ben je op zoek? Bijvoorbeeld Indonesië heeft zoveel mooie plekken.
Qua vliegprijzen, vergelijk gewoon even op Skyscanner.nl of Momondo.nl…
Groet, Robbert
Hoi Robbert,
Allereerst dank voor deze nuttige site en bovenal de boeken die ik onlangs aangeschaft heb. In hoofdstuk 7 van het eerste boek staan een aantal routes uitgestippeld. Helaas niet precies de route die ik zou willen. Zou je me misschien kunnen helpen een reis samen te stellen van (ongeveer) 3 maanden, waar in ieder geval Bali, Thailand en Vietnam in voorkomen? Ik denk dat het qua afstanden vooral vliegen wordt tussen de landen, maar dat is geen probleem, gezien de relatief goedkope vliegtickets.
Alvast hartelijk dank, en nogmaals bedankt voor de nuttige boeken en deze site!
Dennis
Hey Dennis,
Tuurlijk wil ik dat. Heb je al eens gekeken naar de losse landenroutes om die te combineren?
Groet,
Robbert
Hee Robbert,
Inderdaad een goed idee om het op die manier te combineren inderdaad! Daaropvolgend heb ik een tweetal vraagjes:
1. In verband met met de seizoenen lijkt het me verstandig om in Bali te beginnen, om vervolgens naar Thailand en Vietnam te gaan. Welke van de twee lijkt jou de meest ‘logische’ om te bezoeken na Indonesie. (Ik verwacht ongeveer in alle drie de landen een maand te willen verblijven)
2. Op basis van bovenstaande vraag: vanuit welke stad zou je dan vliegen en naar welke stad in het volgende land? In andere woorden: wat is een logische vlucht vanuit bijv Indonesie naar Thailand, van Indonesie naar Vietnam, en van Vietnam naar Thailand.
Alvast dank again,
Dennis
Hey Dennis,
1. Vanaf waar vlieg je terug naar Nederland? Normaal gezien zou ik eerst Thailand aanraden, omdat je vanaf Denpasar direct naar Bangkok kunt vliegen. Wil je naar Vietnam, dan heb je een tussenstop.
2. Bangkok dus 🙂 . Of Surat Thani, ook daar kun je vanuit Denpasar direct naartoe. Vanuit Bangkok kun je heel eenvoudig naar HCMC of Hanoi komen. Je kunt vervolgens in Hanoi of Ho Chi Minh City het vliegtuig terug naar Nederland pakken.
Groet, Robbert