Nadat ik besloot om Chiang Mai eerder te verlaten dan gepland, kwam Koh Lanta al vrij snel in mijn gedachten op. Ik had behoefte aan natuur, stranden en rust. Vlak voor ik aan het werkende leven begon ben ik er al eens geweest, om precies te zijn begin 2013 tijdens mijn tweede bezoek aan Thailand.
Ik herinner me nog een sketchy bar van een ietwat verstrooide Nederlander in het dorpje bij Long Beach, waar ze onder de toonbank paddo’s en andere psychedelica verkochten. En datzelfde uitgestrekte strand met de zo mooie zonsondergangen en een handjevol accommodaties, waarvan de meeste eenvoudige bamboehutjes waren met koud water en een ventilator. En verder lekker rondtoeren op de scooter, stoppen bij viewpoints en hiken door de jungle.
Zo’n typische backpackplek weet je wel?
Ondanks de schoonheid en de eenvoudige bereikbaarheid bleek het destijds echter een relatief onontdekt eiland. Hoe kon dit toch? Misschien omdat de meesten naar het nabijgelegen Koh Phi Phi trokken?
Hoe zou het er nu zijn, bijna 10 jaar later?
Tuurlijk had ik er zo mijn ideeën over…
Waarschijnlijk was het er best wel veranderd, deels door de schade die corona aangericht heeft en natuurlijk door de mogelijke ontwikkeling van het eiland. Kijk alleen al naar hoe snel het met Koh Lipe is gegaan.
Na middenin de nacht verkeerd naar de airport van Chiang Mai te zijn gelopen en zonder internet te zitten, schoot een Thaise man bij een hotel me te hulp en wist gelukkig nog een motorbike-taxi voor me te regelen. Om 7 uur ’s ochtends pakte ik het vliegtuig richting Krabi, waar ik direct een minivan + boot boekte. Rond een uurtje of twaalf kwam ik aan. Benieuwd of ik nog dingen zou herkennen. De ongezellige aankomsthaven zei me eerlijk gezegd nog wel iets.
De minivan reed vanuit de ferry rechtstreeks het eiland op en dropte me even later bij de kruising, waar ergens mijn Airbnb moest zijn. Gokkend op de juiste locatie liep ik door de jungle naar het huisje dat op het huisje van de plaatsjes leek. Boven ontmoette ik de eigenaar die me meteen een goed gevoel gaf, en me -nadat ik m’n tas had weggelegd- rond het eiland reed. Hij bracht me zelfs bij andere accommodaties, in het geval ik zijn plekje niets vond.
Hoe bijzonder is dat?
Maar de plek was (en is) geweldig. Een moderne kamer met een weids uitzicht op palmbomen, groene bossen en achterliggende heuvels. Tegelijkertijd hoor je het geluid van krekels, vogels en gekko’s, en later op de avond ook van kikkers. Zoveel beter dan het beton en de drukte van Chiang Mai.
2 dagen terug ben ik rond gaan rijden om het eiland te verkennen. Zo belandde ik op een strand wat hier enkele kilometers vandaan ligt: Secret Beach. Hurkend op een rotsblok aan de zijkant van dit paradijselijke strand dwaalden mijn gedachtes af.
Bij de zee is alles perfect. Het geluid van de golven, het de zachtheid als je over het zand loopt en palmbomen met kokosnoten. De combinatie van turquoise, goud en groen. Blokkades lossen op en creaties ontstaan. Je hoeft alleen maar te gaan zitten en het te laten gebeuren. Bij de zee ervaar je hoe mooi het leven is als je vrij bent van gedachtes. Het is alsof je thuiskomt in een wereld waar alles mogelijk is.
De kracht van de zee is immens. Ben je moe en futloos, dan geeft het zoute water je energie. Zit je hoofd vol, dan maken het zicht op de horizon en het geluid van de golven je hoofd leeg. Ben je op zoek naar inzichten, dan zal je die vinden in de stilte.Â
Als ik de verte inkijk zie ik de oneindigheid waarmee ik me verbonden voel. Dichterbij is het het blauwe, heldere water wat me een euforisch gevoel geeft. Het is deze omgeving die me op ideeën brengt, in plaats van vast te blijven zitten in het bekende en mezelf (onbewust) te belemmeren.Â
Het was alsof ik aan het dromen was. Surrealistisch en magisch tegelijk.
Koh Lanta is zo’n eiland waar je nog koeien over het strand ziet lopen, van die graatmagere lichtbruine. Apen spelen langs de weg en er rijden pick-ups met zwaaiende kinderen langs je heen. De stranden zijn veelal ongerept en men laat de natuur er lekker z’n gang gaan. Als er een vervallen houten hut staat, so be it. Verder zag ik net een jochie met een vishengel lopen, zich voorbereidend op de mogelijke vangst van het avondeten.
Er renden zelfs aapjes over mijn balkon heen, te loeren of er iets te halen viel. Ze hadden me kennelijk nog niet gezien, en toen ik een van hen aankeek zag ik hem supererg schrikken. Haha schattig zoiets.
Eergisteren was ik op het verlaten en verwilderde Bamboo Beach met een laidback-strandbar die gerund wordt door een lokale familie. Ik bestelde er een kokosnoot voor dat oh zo chille eilandgevoel.
Op Koh Lanta gaat het leven een versnelling lager, de mensen lijken op het oog vrij van stress en leven in harmonie met de dieren, van dag tot dag.
Hippe winkels en trendy koffiezaakjes heb je er niet of nauwelijks. Het voelt wat dat betreft allemaal heel authentiek. Een groot verschil met bijvoorbeeld Koh Phangan of Koh Lipe, eilanden die ik net zo goed geweldig vind trouwens.
Net ging ik mijn was wegbrengen, en kwam ik bij een toko uit met twee muntmachines. De vrouw die er zat hielp me mee en toen ik wegging kreeg ik een trosje bananen en een mandarijn van haar. Zoiets maakt me echt blij.
Normaal gesproken veranderen plekken door de jaren heen, maar mijn mening over Koh Lanta is grotendeels hetzelfde als toen ik er voor het laatst was, in 2013 dus. Het is een eiland met een fijne, authentieke vibe zonder allerlei toeters en bellen. Hier kan je nog het échte Thaise leven ervaren.
Tuurlijk heb je er toeristische gebieden en duurdere resorts, al domineren ze het landschap niet. Hetzelfde is zo voor feestjes op het strand die vooral kleinschalig zijn. Een voorbeeld daarvan is de gemoedelijke Mushroom Bar, waar regelmatig party’s worden gehouden. Koh Lanta is wat mij betreft nog steeds een paradijs. Wel ligt er het voorstel om een brug tussen Krabi en Koh Lanta te bouwen, wat ervoor zou kunnen zorgen dat het er een stuk toeristischer wordt dan nu. Dit zal de tijd moeten leren.
De rust, de stranden en de natuur waar ik naar op zoek was heb ik gevonden. Plekken als deze maken me blij. Snorkelen bij de bounty-eilanden Koh Rok en Koh Haa staat op de planning. Ik kijk ernaar uit. Dankjewel dat je bestaat Koh Lanta. Dankjewel dat ik weer bij je mocht komen.