Aiiii, met een dikke kater zat ik om 07.15 op het terras van mijn guesthouse in Soi Rambuttri. Misschien we de leukste straat van Bangkok. Ik zat op mijn Hawaiiaanse naamgenoot -maar dan met een ‘b’ minder- te wachten. We waren gisteren op stap geweest in Khao San Road en het was een vrij heftig avondje.
Hoofdpijn. Hoofdpijn. Hoofdpijn. Bonkend aan de binnenkant van m’n schedel.
De dag ervoor had ik besloten om naar Koh Chang te gaan, een typisch eiland voor backpackers – zo had Robert me verteld. De bus zou om 07.45 vertrekken, en Robert kwam om 7.30 uur aanwandelen en had een versie koffie voor me meegenomen.
Echt een bijzondere gozer. Ondanks dat hij liefst 20 jaar ouder was dan ik, konden we perfect levelen met elkaar. Hij was m’n eerste echte reisgenootje tijdens de eerste soloreis uit mijn hele leven.
Effe serieus, als je me voorafgaand aan deze backpacktrip zou hebben verteld dat ik vrienden zou maken met een 44-jarige onderzeeër uit Hawaii met een warrige coupe soleil, had ik je waarschijnlijk voor gek verklaard. Maar zo gaan die dingen op reis, leeftijd doet er niet toe. Connectie is waar het vooral om draait. En dat maakt reizen juist zo mooi.
Nippend aan onze gloedhete koffies praatten we nog wat na over de avond ervoor, en daarna was de tijd aangebroken om afscheid te nemen. Alsof we elkaar al maanden kenden, zo voelde het een beetje. Ik bedankte hem voor de voorbije dagen en wandelde richting de bus die me naar Trat zou brengen. Trat is de plek waar je de boot richting Koh Chang pakt.
Een pretje werd deze 5 uur durende busreis echter allerminst. In het begin was het trouwens wel erg gezellig, zo leerde ik een Nederlands stelletje kennen. Ze heetten Marie en Thomas en we waren vooral aan het lachen om de enorme kater die ik had.
Alleen het lachen verging me dus vrij snel toen de hoofdpijn tot misselijkheid leidde, en ik zowel fysiek als mentaal in elkaar stortte. M’n lichaam begon ongecontroleerd te rillen. Even later later proefde ik die typische zure smaak op m’n tong, en vrijwel meteen daarna ging ik finaal over m’n nek. Het voelde alsof er een oneindige lading bier vermengd met SangSom-rum uit mijn strot naar buiten kwam. Godzijdank had ik vlak daarvoor een plastic zakje gegrepen, dat door de busmaatschappij aan iedere stoel bevestigd was. Om rotzooi in te gooien, en wellicht ook voor noodsituaties zoals deze.
Gelukkig maakte het vreselijke gevoel daarna plaats voor een staat van opluchting en verlichting. Eindelijk voelde ik me beter en na een uurtje of vijf waren we in Trat. Daar stond de boot voor ons klaar. De boot die ons naar Koh Chang zou brengen.
.
.
Koh Chang is een heerlijk relaxed eiland in het oosten van Thailand, waar je zowel backpackers als vakantiegangers met een wat hoger budget vindt. In 2011 kwam ik er voor het eerst, en de laidback-sfeer op het gezellige Lonely Beach veroverde vrijwel meteen mijn hart.
En vanwaar de naam Koh Chang? Zoals je misschien wel weet betekent ‘chang’ ‘olifant’, wat verwijst naar de vorm van het eiland. Die lijkt van bovenaf namelijk een beetje op een olifant. Het landschap bestaat uit heuvels die met regenwoud begroeid zijn, een met palmbomen bezaaide kustlijn en nog altijd relatief weinig bebouwing.
Goed om te weten is dat Koh Chang na Phuket en Koh Samui het derde grootste eiland van heel Thailand is. De lengte is zo’n 30 kilometer. Verder zijn de wegen op bepaalde stukken behoorlijk steil en verraderlijk door de vele bochten, onder andere bij Lonely Beach. Ontspannen rondwandelen zit er daar niet in. Daarom raad ik je aan om een scooter te huren en op die manier het eiland te ontdekken.
In deze minigids ga ik je alles over Koh Chang vertellen. Lees ‘m dus zeker even door als je er binnenkort ook naartoe gaat.
PS. Verwar deze Koh Chang niet met het kleinere hippie-eilandje Koh Chang dat voor de Thaise westkust bij Ranong ligt.
De stranden van Koh Chang
Laat ik beginnen te zeggen dat je op Koh Chang geen witte zandstranden en kristalhelder water moet verwachten. Daarover wil ik gewoon heel eerlijk met je zijn. De stranden zijn prima hoor, maar als je echte paradijsjes wilt zien kan je beter een tripje naar bijvoorbeeld Koh Mak maken. Over Koh Mak en andere nabijgelegen eilanden vertel ik je verderop meer.
Op Koh Chang liggen flink wat stranden, ik zal zowel de bekendste als de leukere hieronder voor je bespreken.
White Sand Beach
Het eerste strand dat je tegenkomt na je aankomst op Koh Chang is White Sand Beach. Met name het zuidelijke deel is behoorlijk ontwikkeld, met veel barretjes, eetzaakjes en vuurshows in de avond. Het noordelijke gedeelte is daarentegen een stuk rustiger met wat eenvoudige houten bungalows op het strand.
Lonely Beach
Lonely Beach is absoluut de leukste plek om als backpacker naartoe te gaan. Er hangt een fijne laidback-sfeer en ’s avonds is er altijd wel wat te beleven. Als je hier verblijft voel je echt die gemoedelijkheid en heb je totaal niet het idee dat je op een groot eiland bent. Zo ervaarde ik het tenminste. Er is tevens een klein dorpje -Lonely Beach Town- waar je accommodaties, eetzaakjes en bars vindt.
Aan het eind van de middag is het heerlijk om met een Chang (want hey, je zit op Koh Chang hè) in het zand te ploffen en te genieten van de vaak schilderachtige zonsondergang.
Een aanrader is verder om naar het nabijgelegen Kai Bae Viewpoint te rijden. Je hebt daar een fraai uitzicht op de oceaan en de eilanden. Alleen let op: er struinen regelmatig aapjes rond die vrij brutaal uit de hoek kunnen komen.
Wat overigens wel klote was, is dat ik in het water van Lonely Beach een oorontsteking opliep. Daar ben ik uiteindelijk naderhand pas in Bangkok vanaf gekomen. Maar goed, dit kan overal gebeuren denk ik dan.
Bailan Beach
Op ongeveer 2 kilometer ten zuiden van Lonely Beach ligt het aandoenlijke Bailan Beach, dat grotendeels bij het gelijknamige resort hoort. Er staan ligstoeltjes om in te relaxen. Bestel een verse kokosnoot, zak onderuit en geniet.
Klong Prao Beach
Ben je meer van rustige stranden, dan is Klong Prao Beach een fijne baai om naartoe te gaan. Veel backpackers hoef je hier echter niet te verwachten, het zijn vooral (oudere) stelletjes die er hun vakantie komen vieren. Opvallend is dat het zandstrand er in tweeën wordt gesplitst door een lagune.
Wai Chaek Beach
Tot slot noem ik het mooie Wai Chaek Beach, waar je via een trektocht door het regenwoud bij uitkomt. En als je er dan eenmaal bent, kom je op een goudgele zandstrook die bezaaid is met schuinhangende palmbomen en grenst aan verwilderde jungle. Dit is het minst ontwikkelde strand van Koh Chang. En dan druk ik me nog zacht uit; er is hier namelijk helemaal niks.
De Klong Plu Waterfall
Ben je in de maanden juni tot en met oktober op Koh Chang? Dan is het gaaf om door de jungle naar de Klong Plu-waterval te hiken. Er zijn twee poelen om in te zwemmen. Verwacht echter geen waterval die je een wow-gevoel geeft, het is met name het avontuurtje waarvoor je het doet.
Doe overigens wel schoenen aan, want met teenslippers ga je beslist in de problemen komen. Er liggen namelijk flink wat losse stenen.
Jungle-trekkings
Koh Chang bestaat grotendeels uit dichte jungle, dus als je van hiken door de wildernis houdt zit je hier helemaal goed. De meeste trekkings duren een hele dag en zijn behoorlijk inspannend, je komt namelijk langs behoorlijk wat steile stukken. Het letterlijke hoogtepunt hierbij is de 626 meter hoge Khao Jom Prasat, waarbij je uitkijkt op White Sand Beach.
Een goede organisatie om je tour te boeken is Tan Trekking, zij bieden verschillende excursies aan. Al kan je ook zonder gids gaan, omdat er duidelijke routes zijn uitgestippeld. Doe dit echter niet alleen, want mocht er iets misgaan dan is er niemand om je te helpen. Veel mensen zal je namelijk niet tegenkomen. Neem in ieder geval altijd je navigatie mee, Maps.me is een goede app met offline kaarten.
Eilandhoppen, snorkelen en duiken in het Koh Rang National Park
Snorkelen vanaf het strand is vaak totaal niet boeiend, ik raad je daarom aan om een tour te boeken om zo bij de betere snorkel-spots van het Koh Rang National Park uit te komen. Dan krijg je kleurrijke koralen, een hoop vissen en misschien zelfs schildpadden te zien.
Je meert onder andere aan bij de tropische eilanden Koh Mak en Koh Wai, twee paradijsjes die omringd worden door azuurblauw water en witte zandstranden. Meestal stop je ook bij Monkey Rock, waar je apen vanaf de kliffen naar beneden ziet rennen, hopend op eten.
Een eiland waar voor de kust wordt gestopt om te snorkelen is Koh Rang. Hier heb je mooie koralen en zie je ontelbaar veel tropische visjes zwemmen.
Ook als duiker heb je tig mogelijkheden om je te vermaken trouwens. Op Koh Chang liggen diverse duikscholen waar je terechtkunt, bijvoorbeeld om je PADI te halen. Een school die goed bekendstaat is het Chang Diving Center.
Wat ik in het begin zei is overigens niet helemaal waar. Er zijn namelijk wel een paar toffe snorkelplekken op Koh Chang zelf: Pearl beach, bij het Chai Chet Resort en de cove bij het Cliff Cottage Resort.
Krijg het paradijs-gevoel op Koh Kood, Koh Wai en Koh Mak
Ik zei het al even: Koh Chang is niet de place to be voor bounty-stranden met wit poederzand en helderblauwe wateren. In de buurt liggen echter eilanden die juist wél deze typische droomstranden hebben.
Allereerst is er het vrij grote Koh Kood, waar je behalve chillen op een van de stranden (er zijn hangmatten 🙂 ) ook lekker met de scooter kan rondrijden. Stop in dat geval zeker bij de Khlong Chao-waterval. Ben je een echte backpacker, slaap dan in een houten hutje (of tent) bij Kuba Bungalows. Vanaf Koh Chang is het 1,5 uur varen.
En dan is er het al even genoemde Koh Wai, het Robinson-paradijsje voor mensen die helemaal back to basics willen gaan. Witte stranden, prachtig water en weelderige jungle zijn de drie ingrediënten die Koh Wai perfect beschrijven. Het is zo’n eiland waar je gevoelsmatig tientallen jaren terug in de tijd stapt. Zo is er amper elektriciteit en gebruikt men er met generators. Naast de stranden kan je ook een leuke hike maken die je bij een uitkijkpunt brengt. Slapen is mogelijk in een basic-hutje, maar wellicht is het beter om eerst een dagtrip vanaf Koh Chang te doen om te kijken of het eiland je bevalt. Je bent er vrij snel, want Koh Wai ligt slechts 6 kilometer van Koh Chang.
Tussen Koh Kood en Koh Chang ligt Koh Mak, eigenlijk net als het kleinere Koh Wai een eilandje waar je voor je rust komt. Al is er wel meer te beleven, zo kan je gaan kajakken naar Koh Kham of Koh Rayang. En bij Phoenix Muay Thai Gym heb je de kans om kickbokslessen te volgen, zelfs op het strand. Het grootste en bekendste strand is Ao Kao Beach, terwijl Laem Son Beach juist wat afgelegener is. Gaaf is om daar met een vissersbootje naar het vlakbij gelegen Koh Kradat te varen. De reistijd van Koh Chang naar Koh Mak is 1 uur.
OMG, muggen!
Vergeet ik het je bijna nog te zeggen, maar zodra de schemering begint komen de muggen als gekken op je af. Daar waarschuw ik je dus even voor. Bij mij waren het vooral m’n voeten die het moesten ontgelden.
Smeer je daarom in met een insectenwerend-middel, dit kan ook natuurlijk spul zijn zonder chemische shit erin.
Ik heb tevens mensen over zandvlooien gehoord, al heb ik zelf gelukkig geen last van gehad van deze horrorbeestjes. In Nieuw-Zeeland wel trouwens, en dat heb ik geweten. Zo’n jeuk heb ik nooit meer gehad.
Reis verder naar Cambodja
Koh Chang ligt vlak voor de Cambodjaanse grens en je kunt zodoende vrij gemakkelijk in Cambodja komen. Een leuke plek om te beginnen is het onontgonnen gebied rond de Tatai-rivier. Met de bus reis je eerst naar de Hat Lek Border Crossing (1 tot 1,5 uur). Daar regel je je visum en vervolgens is het nog een half uur naar Tatai.
Het Canvas & Orchids Retreat is een hele chille accommodatie, je slaapt in een ecolodge pal aan de Tatai-rivier.
Hoe kom je op Koh Chang?
De meeste mensen gaan vanuit Bangkok naar Koh Chang, je bent dan om en nabij de 6 uur onderweg. Reken 4-5 uur voor de busrit naar Trat en 45 minuten om met de ferry de oversteek naar Koh Chang te maken.
Tickets regel je bij een reisbureautje in Bangkok of online via bijvoorbeeld 12Go Asia.
Trat heeft overigens ook een kleine airport, vanuit Bangkok vlieg je er in een uurtje heen.
Wat is de beste reistijd voor Koh Chang?
Grofweg zijn de maanden november tot en met april het fijnst om naar Koh Chang te gaan. Van juni tot en met oktober valt het regenseizoen, al hoeft dit niet persé te betekenen dat het daadwerkelijk slecht weer is. Maar toch, om zeker van je zaak te zijn zou ik altijd voor de droge periode gaan. Ikzelf was er in december en heb er heerlijk weer gehad.
Hoe zit het met transport op Koh Chang?
Op Koh Chang rijden ‘songtaews’ oftewel gedeelde taxi’s. Verwacht trouwens geen normale auto, het zijn eerder een soort pick-ups met een open achterkant. Bij aankomst in de haven -Koh Sichang– kan je er direct gebruik van maken. Ik weet nog goed dat mijn ritje naar Lonely Beach er behoorlijk heftig aan toeging. We kwamen langs hele steile stukken en moesten ons continu stevig vasthouden om er niet uit te donderen.
Wanneer je het eiland wilt gaan verkennen, raad ik je aan om een scooter te huren. Wel waarschuw ik je voor veel bochten, steile gedeeltes en soms glad asfalt. Wees je bovendien bewust van de regels voor wat betreft het rijden van een scooter in Azië. De scooters zijn doorgaans namelijk motoren, waarvoor wettelijk een specifiek rijbewijs nodig is. Nee, dit rijbewijs hoef je niet te overleggen bij het huren, maar als je in een ongeluk terechtkomt kunnen er problemen ontstaan. Ik raad je aan om deze gids die ik schreef te lezen.
Ik overdrijf overigens niet hoor, als ik zeg dat Koh Chang tricky kan zijn om te rijden. Zo ben ik een Engelse backpacker tegengekomen die juist op Koh Chang een flinke crash had gemaakt, waarschijnlijk door remfouten op een helling. Vrijwel zijn hele reis heeft hij in het ziekenhuis gelegen en met gips gelopen.
Ben je sportief aangelegd en hou je wel van een beetje zweten? Dan is het tof om een mountainbike te huren, al zal je op Koh Chang niet heel veel plekken tegenkomen waar dit kan. Koh Chang Bicycle is een plaats waar je terechtkunt, zij hebben prima fietsen.
Tot slot wil ik je nog even zeggen dat er ook zat stukken zijn waar het wegdek quasi vlak is. Voornamelijk in het zuiden heb je de steile, smalle wegen met haarspeldbochten. Daar zou ik persoonlijk niet gaan mountainbiken, in verband met rondscheurende scooters en taxi’s.
Waar kan je tours en activiteiten boeken?
Excursies, zoals snorkelen, kan je vaak bij je accommodatie boeken of bij een travel agency. Een andere optie is om dit te online te fixen via Get Your Guide.
Waarop Koh Chang raad ik je aan om te overnachten?
Een leuke plek om als backpacker te slapen is Oasis Koh Chang bij Lonely Beach. Je verblijft in een eenvoudig houten huisje middenin de jungle. Een chill hostel bij Lonely Beach is Cafe del Sunshine. Ben je liever in de middle of nowhere en hou je van kamperen? Ga dan naar Homebar.
Zoals ik al zei is Pearl Beach een goede plek om te snorkelen. Je kunt daar onder andere goedkoop en prima overnachten bij Alisa Room for Rent.
Wanneer je wat meer te besteden hebt en comfort zoekt, dan is het Little Sunshine Boutique Beach Resort & Spa met haar eigen privéstrandje een fijne plek. Ook VAYNA Boutique Koh Chang bij Klong Prao Beach is een echte aanrader. Ultieme luxe vind je op datzelfde strand in het Santhiya Tree Koh Chang Resort.
