Hpa An is een stadje in Myanmar waar je weinig andere toeristen ziet. Zoals voor zoveel plekken in dit land het geval is overigens. Aangezien een hotelmedewerker zei dat het er prachtig is, ben ik vanuit Yangon die kant opgegaan. En ondanks dat het niet bepaald op de ‘logische’ route ligt, is het de omweg zeker waard.
Het is namelijk een erg gave bestemming. Niet zozeer vanwege de stad zelf trouwens, maar voornamelijk door de prachtige omgeving. Wanneer je op de scooter springt kom je uit bij indrukwekkende grotten, gouden stoepa’s, allerlei mooie Boeddha’s en imposante karstbergen. Verder rijd je door afwisselende landschappen: soms voelt het bijna aan als een woestijn, terwijl je een minuut later in de rijstvelden terechtkomt. Onderweg lachen locals vriendelijk naar je om vervolgens verlegen weg te kijken.
In dit artikel vertel ik je alles over mijn ervaringen in Hpa An, zo weet je een beetje wat voor moois je te wachten staat. Tot slot geef ik je nog wat handige tips.
Monniken met blauw haar bij de Kaw Ka Taung Cave
Ik en twee reisgenootjes stapten op de scooter -zo’n motorbike kost 8.000 kyat (iets minder dan 5 euro) per dag- om aan ons avontuur te starten. Te beginnen met het bezoeken van een paar grotten. In Hpa An vind je er meerdere. Een daarvan is de Kaw Ka Taung Cave, die op haar beurt weer uit drie verschillende gedeeltes bestaat. In een van deze gedeeltes ligt een zwembad, al moet je daar niet te veel van verwachten.
De andere twee gedeeltes zijn eigenlijk meer tempels dan echt grotten. Het steen van de eerste grot is kleurrijk versierd met Boeddha’s, wat voor een mooi aanzicht zorgt. Loop je een stukje verder, dan kom je langs een rij monnik-beelden die ieder een opmerkelijke blauwe gloed bovenop hun hoofd hebben.
We vroegen ons af waarom dit zo is, misschien een soort beschermingslaagje tegen de zon? Of is het geverfd haar? Dit laatste lijkt me vrij onlogisch, al weet je het nooit.
De rij van monniken leidt naar een nieuwe grot-tempel, waarvan een gouden stoepa de blikvanger is. Niet alleen vanwege de stoepa zelf, maar ook door het mooie uitzicht op de groengele velden.
Nadat we het welletjes vonden, reden we verder naar de Sadan Cave. Misschien wel de bekendste grot van de regio.
Eten in een stoffig dorpje
Ik begon behoorlijk honger te krijgen, en restaurantjes liggen in Myanmar bepaald niet altijd voor het oprapen. Soms zie je wat vervallen hutjes langs de weg staan, al is het gezondheidstechnisch de vraag of je daar moet gaan eten.
Op een geven moment kwamen we in een stoffig plaatsje uit waar we wellicht meer kans op succes hadden. Ik pakte m’n telefoon erbij, en liet een plaatje met daarop een bord rijst zien aan een van de winkelverkopers. Hij wees daarna richting een klein stalletje met wat etende locals.
Een vriendelijke mevrouw had net gekookt en schepte wat voor ons op. Het leek net of we bij iemand thuis waren, geen idee eigenlijk of het nou echt een eetzaakje was. Eetzaakje of niet, het soepje met noodles en wat gefrituurde hartige dingetjes smaakte zeer goed.
We reden door naar de Sadan Cave, nog ongeveer een kwartier.
Een avontuur in de Sadan Cave
Om ons heen zagen we schitterende rijstvelden en vele karstbergen. Het is een omgeving die heerlijk is om doorheen te rijden. Eenmaal aangekomen bleek dat de Sadan Cave een enorme grot is. Je wandelt er in ongeveer 20 minuten doorheen. De toegang is overigens 1.000 kyat (0,60 euro).
Bij binnenkomst is het direct duidelijk dat je op een Boeddhistische plek bent aangekomen. Zo is er een liggende Boeddha in fonkelend goud, een gouden steen waarop een gezicht te zien is met daarop een kleine stoepa en een rij monniken gehuld in een goud gewaad. Aangezien het binnenin een grot is, geeft het een magisch sfeertje.
Na alle Boeddha’s begint het pad dat je dwars door de Sadan Cave leidt. De wandeling brengt je langs verzamelingen van stalactieten en stalagmieten en tegelijkertijd hoor je vleermuizen fladderen. Later is er een grot-opening zichtbaar, waar het zonlicht door naar binnenvalt. Ervoor ligt een verzameling van brokken kalksteen. Dit is het eindpunt van de grot-wandeling.
Ik heb al heel wat grotten gezien, en vond bijvoorbeeld de Phong Nha Cave in Vietnam erg gaaf. Een van de redenen hiervan is dat men de grot goed verlicht heeft, waardoor alle details goed zichtbaar zijn. Dit is in de Sadan Cave helaas minder het geval.
Varen door de rijstvelden
Als je de Sadan Cave uitloopt, kom je bij een rivier waar met een bootje overheen kunt varen. Een kort tochtje van zo’n 20 minuten, waarbij je via een grot-opening langs mooie rijstvelden en bergen komt. Daarna kun je terugwandelen naar de ingang van de grot. Voor we op de boot stapten, namen we eerst even een pauze om een kokosnoot te drinken. Altijd lekker verfrissend.
Zoals gezegd begint de tocht in een grotopening. Wanneer je daaruit vaart, kom je vrijwel meteen tussen de rijstvelden en torenhoge karstgebergtes terecht. Locals varen langs in hun typische authentieke houten bootjes. Het deed me een beetje aan Tam Coc in Ninh Binh denken.
We dachten bij het begin van de grot te worden afgezet, maar kwamen tot de conclusie dat dit totaal niet het geval was. We werden namelijk ergens middenin de rijstvelden gedropt.
Een aangezien onze schoenen nog bij de ingang van de grot stonden, vroegen we ons af hoelang de wandeling zou gaan duren. En natuurlijk ook of het op blote voeten mogelijk was. Op enkele steentjes na viel het gelukkig allemaal mee. De groene omgeving is hier bovendien een lust voor het oog en verzachtte een hoop.
Zo droog als een woestijn
Inmiddels waren we weer op de motorbike gestapt en reden we naar Mount Zwegabin. Ik wilde deze berg namelijk gaan beklimmen, om de zonsondergang vanaf de top te bekijken. M’n reisgenootje Shrada had daar overigens geen puf meer voor, al ging ze nog wel eventjes mee naar het startpunt.
Na een tijdje kwamen we op een zandweg terecht en was het ronduit bizar om mee te maken hoe het landschap veranderde. Door de droogte en het vele zand, leek net alsof we in een woestijn waren. Net daarvoor waren er nog mega-groene rijstvelden te zien. Apart toch?
In m’n achteruitkijkspiegel zag ik een kleine truck aankomen en, vanwege de hoeveelheid stof, hoopte ik dat ‘ie ons niet in zou halen. Helaas bleek het tegenovergestelde waar, en er kwam een onwijze lading stof in onze gezichten gewaaid. “Het is bijna asociaal wat hij doet,” zei ik tegen Shrada. Al gaat deze uitspraak achteraf gezien misschien wat ver 😀 .
We reden de vele bergen voor ons tegemoet en na een tijdje bereikten we eindelijk de voet van Mount Zwegabin. Het is er muisstil. Vlak na de checkpoint -4.000 kyat entree; 2,35 euro- heeft men een gigantische Boeddhatuin aangelegd, die tevens bekendstaat als de Lumbini Garden.
Shrada ging, zoals gezegd, ergens anders heen en ik begon aan de steile klim naar de piek van de berg.
Het fenomenale uitzicht vanaf Mount Zwegabin
De hike, die veelal over aangelegde trappen gaat, duurt zo’n 1,5 uur en is behoorlijk steil. Ik heb het deels rennend gedaan en kwam in 45 minuten aan op de 722 meter hoge top. Totaal doorweekt van het zweet. Dit zijn altijd heerlijke momenten vind ik; moe maar voldaan aankomen op een bergpiek, na de prestatie die je geleverd hebt.
Onderweg ben ik slechts een handjevol Birmezen tegengekomen. Ik had deze berg nagenoeg voor mezelf. De enige die achter me aankwam was een hond. Bij de eerste tempel, vlakbij de top, pakte ik een welverdiend rustmomentje om met een watertje van het uitzicht te genieten. Toen ik opstond en doorging, liep de hond gezellig met me mee.
Helemaal boven vind je een gouden stoepa en een bijbehorend klooster. Je kunt er blijven slapen, al is dit een tijdje anders geweest. In 2017 is namelijk een Fransman van de berg gesprongen, waardoor men geen buitenlandse gasten meer toeliet. Nu is overnachten gewoon weer mogelijk en kun je alsnog voor een unieke ervaring gaan.
De diverse uitzichten op de bergen en de vallei gecombineerd met de oranje horizon, zijn echt schitterend. Als je dit allemaal ziet, weet je direct dat de klim niet voor niets is geweest.
Vervolgens loop je in het donker terug naar beneden. Gezien de weinige verlichting is een zaklampje pure noodzaak. De (rots)-trappen zijn namelijk vaak erg steil en een misstap kan vervelende gevolgen hebben. Kijk dus goed uit.
Met de scooter ben je in een half uur weer terug in Hpa An. Daar plof je, na een warme douche, met een heerlijk gevoel op je bed neer. Ik had het gevoel dagen op pad geweest te zijn. Het is zo’n dag met een overvloed aan ervaringen. Zo’n dag die reizen zo fijn maakt.
Zijn er nog meer bezienswaardigheden in Hpa An?
Naast wat ik hierboven beschreven heb, kun je nog enkele andere mooie plekken bezoeken als je in Hpa An bent.
Twee indrukwekkende grotten, die vlakbij elkaar liggen, zijn de Kawgun Cave en de Yathaypyan Cave. In de Kawgun Cave vind je duizenden Boeddha-beeldjes en muurtekeningen. Om ontelbaar veel vleermuizen te spotten, ga je naar de Bat Cave.
Indien je meer tempels wilt zien, dan is de Kyaut Ka Latt Pagoda een leuke plek om naartoe te gaan. De stoepa staat bovenop een opmerkelijke rots, maar nog opmerkelijker is dat je naar de top kunt lopen. Wanneer je de rots ziet, kun je dit je nauwelijks voorstellen.
Wil je de zonsondergang bekijken, maar wil je niet helemaal naar de top van Mount Zwegabin hiken? Dan adviseer ik je om naar de Shwe Yin Miaw Pagoda of het Khan Tar Yar Lake te gaan. In plaats van de zonsondergang kun je trouwens ook de zonsopkomst vanaf Mount Zwegabin zien. Je zult dan wel vroeg moeten opstaan.
Waar raad ik je aan om te overnachten in Hpa An?
Guesthouses zijn relatief prijzig in Hpa An, omdat er simpelweg weinig aanbod is. Je betaalt al snel 20 euro voor een basickamer. Ik sliep in het relatief nieuwe Golden Palace Hotel waar je voor hetzelfde bedrag veel meer comfort voor je geld krijgt. Zeker een aanrader dus.
Zijn er goede eetzaakjes in Hpa An?
Verwacht geen ruime keuze aan fancy restaurants in Hpa An. Veel (goede) eetzaakjes heb je er helaas niet. Toch heb ik twee aanraders voor je: San Ma Tau voor goede curry’s en bij Khit Tit vind je van allerlei lekkere gerechten, ook als vegetariër zit je hier prima.
Mocht je behoefte hebben aan een sterke espresso, ga dan naar de Famous Coffee & Bakery. De cakes vond ik er niet zo speciaal.
Welke bestemming na Hpa An?
Indien je naar Thailand wilt, kun je de bus pakken naar Mae Sot. Binnen Myanmar zijn Yangon, Kyaiktiyo, Mawlamyine en Inle Lake mogelijke bestemmingen. Voor Inle Lake (en Kalaw) is echter alleen een nachtbus beschikbaar, persoonlijk vind ik dit niets. Ik ben daarom naar Bago gereisd en heb vanuit daar een dagbus naar Kalaw gepakt.