Na de fascinerende Pancake Rocks bezocht te hebben, vervolgde ik mijn roadtrip naar Greymouth. Daar heb ik een nachtje aan het strand geslapen. De volgende dag besloot ik om door te gaan naar Arthur’s Pass. Een klein dorpje waarin het gelijknamige nationale park ligt. Het is een schitterend bergachtig gebied waar ik het erg naar m’n zin heb gehad. Op de vrieskou na dan…
De weg erheen is eigenlijk al een hoogtepunt op zich. Je rijdt dwars door de zuidelijke alpen en om je heen zie je continu veranderende landschappen. Uitzichten op ruige bergen, watervallen, diepe valleien en het tropische regenwoud, maken het soms lastig om gefocust te blijven rijden 😉 .
In dit artikel deel ik vijf leuke dingen die je in Arthur’s Pass kunt doen. Ook heb ik daarna nog wat extra tips voor je. Een ding is zeker: als je van hiken en ongerepte natuur houdt, moet je erheen.
1. Loop naar de Temple Basin Ski Area
De Temple Basin Track is een relatief korte wandeling van maximaal 3 uur. En dat is echt maximaal hoor, want ik heb ‘m in 1,5 uur gelopen (met wat sprintjes tussendoor).
De tocht, waarbij ik trouwens nauwelijks andere mensen ben tegengekomen, begint vanaf de parkeerplaats en brengt je dan op een wat lastig te belopen weg met allemaal losliggende brokken steen. Gelukkig wordt dit erna beter, al blijft het hier en daar uitdagend. Hoe hoger je komt, hoe mooier de uitzichten worden.
Je ziet donkergrijze bergen waarvan de toppen bedekt zijn met een dikke laag sneeuw. Ook heb je zicht op de hoofdweg, die tussen het heuvellandschap doorloopt.
Eenmaal boven, kom je via een brug aan bij de skischool die in mijn geval dicht was. Maar mocht je van wintersporten houden en er in de wintermaanden zijn, dan kun je hier uiteraard terecht om een sprongetje te wagen.
2. Daag jezelf uit en geniet vanaf de Avalanche Peak
De meest bekende (en uitdagende) hike die je in het Arthur’s Pass National Park kunt doen, is ongetwijfeld die naar Avalanche Peak. Boven, op 1.833 meter hoogte, heb je schitterende panoramische uitzichten, waarbij je onder andere de Crow Glacier en Mount Rolleston voor je ziet liggen.
Je hebt overigens de keuze uit twee tracks om bovenaan te komen. De Avalanche Peak Track en Scotts Track. De laatstgenoemde geeft je onderweg de mooiste views en is het minst steil van de twee. Neem dit laatste echter met een korreltje zout, aangezien er nog altijd behoorlijke steile stukken tussenzitten. Let er verder op dat je zo nu en dan je handen moet gebruiken om omhoog te komen en dat het behoorlijk klauteren en slipperig kan zijn.
Deze ware expeditie duurt in totaal ongeveer 6 tot 8 uur.
3. Bekijk de 131 meter hoge Devils Punchbowl Waterfall
Je kunt de wandeling naar de Temple Basin Ski Area goed combineren met een bezoek aan de Devils Punchbowl Waterfall. Een mooie waterval die volgens velen tot de indrukwekkendste van Nieuw-Zeeland behoort.
Voor de inspanning hoef je het in ieder geval niet te laten. Heen en terug doe je er namelijk maximaal een uurtje over. Bovendien is de wandeling aangenaam, omdat je door een prachtig boslandschap loopt over de aangelegde trappen.
En inderdaad, de waterval is best indrukwekkend om te zien. Vanaf het uitkijkplatform zie je hoe er van grote hoogte een stortvloed aan water naar beneden dendert. En hoog is de Devils Punchbowl zeker, om precies te zijn 131 meter. Ook voel je de waterdampen op je huid uiteenspatten. Het toekijken kan daarom een behoorlijk koude ervaring opleveren 😉 .
4. Ga op avontuur in het Cave Stream Scenic Reserve
Toegegeven, het Cave Stream Scenic Reserve ligt niet in het dorpje Arthur’s Pass (ruim 40 kilometer erbuiten), maar toch wil ik ze even genoemd hebben. Het is namelijk een bijzonder indrukwekkende plek om geweest te zijn.
Vanaf de parkeerplaats loop je over een pad dat tussen besneeuwde bergen, kliffen en allerlei bizar gevormde rotsblokken doorloopt. Daar waar het pad eindigt, zie je een mysterieuze grot-opening verschijnen. Het is de ‘Cave Stream’. Als je hierin gaat, kom je in een bijna 600 meter lange ondergrondse doorgang terecht. Een doorgang met stromend water, geschuurde wanden en zelfs een aantal watervallen. Zo vind je richting de ingang een waterval van 3 meter hoog. Het voelt allemaal wat spookachtig aan, maar dat is juist wat je wilt als je een grot ingaat. Niet dan?
Let er wel op dat je de grot niet bezoekt als het flink heeft geregend of wanneer het water ijzig koud is. In geval van hevige neerslag, kan de grot zomaar compleet gevuld zijn met water. Ook raad ik je aan om een hoofdlamp mee te brengen. De wandeling duurt in totaal ongeveer een uur. Tot slot: begin bij de uitgang en loop tegen de stroom in. Dit is veiliger.
Ben je onderweg naar of vanuit Christchurch, dan kom je trouwens langs het Cave Stream Scenic Reserve. Zeker even stoppen dus.
5. Maak kennis met de kea, een brutale maar schattige vogel
Op de weg terug stopte ik op een parkeerplaats, aangezien ik in de Campermate-app had gelezen dat het uitzicht mooi was en ook zou de kans groot zijn om de kea te spotten. Een soort papegaai die in Nieuw-Zeeland regelmatig opduikt.
In de bocht naar rechts sloeg ik linksaf en reed ik de kleine parkeerplaats op. En jawel, ik zag al meteen enkele vogels lopen die verdacht veel weg hadden van papegaaien. Toen ik uitstapte, merkte ik direct dat ze verre van bang zijn voor mensen. Sterker nog: ze begonnen uit m’n uitlaat te eten en namen hapjes van de autodeuren. Vervolgens begonnen er drie van deze vogels een soort show op te voeren door met elkaar een elastiekje uit te rekken. Kijk er ook niet vanop als ze aan je veters of wielen beginnen te knabbelen.
Dit was misschien wel de meest bijzondere ervaring die ik in Arthur’s Pass heb meegemaakt. Simpelweg omdat het spontaan gebeurde en ik de kea nog niet eerder had gezien.
De vogels zijn overigens geringd, omdat ze een bedreigde diersoort zijn. Er leven nog slechts 3.000 – 7.000 kea’s. Door de ringen kan men ze monitoren, bijvoorbeeld om te zorgen dat ze uit handen blijven van dieren die op de kea’s en hun nestjes jagen.
Wil je de kea ook spotten? Stop dan bij de Otira Viaduct Lookout.
Waar kun je overnachten in Arthur’s Pass?
De campings in en rond Arthur’s Pass zijn allemaal vrij basic. De meesten ervan zijn DOC-campings, oftewel de basiscampings die door de overheid zijn opgezet. Ik sliep op de gratis Greyneys Shelter Campsite waar ik de koudste Nieuw-Zeeland-nacht ever heb meegemaakt. Het vroor hevig en ik lag met m’n kleren, inclusief dikke sokken, in bed.
Camping is trouwens een groot woord, het is eigenlijk gewoon een parkeerplaats langs de weg met twee wc’s. Maar ach, het kost dan ook niks. Een pluspunt is de gezellige overkapping met open haard om een vuurtje te stoken. En vuur, oftewel warmte, was in mijn geval absolute noodzaak.
Wil je in een hostel slapen, dan kun je terecht in het Hostel Arthur’s Pass YHA.
Meer accommodaties in Arthur’s Pass kun je op Booking.com bekijken.
Warm jezelf op bij Arthur’s Pass Cafe & Store
Aangezien het in mijn geval nogal koud was en ik niet kon stoppen met rillen, had ik echt de behoefte om mezelf op te warmen. De enige echte plek in het gehucht is de Arthur’s Pass Cafe & Store. Je kunt er lekkere verse koffie drinken en wat eten voor je aan een inspannende dag begint.
Vraag extra informatie bij het Arthur’s Pass National Park Visitor Centre
Zoals voor zoveel plekken in Nieuw-Zeeland het geval is, vind je ook in Arthur’s Pass een DOC Visitor Centre waar je terechtkunt voor actuele info en tips. Ik raad je aan om hier altijd even binnen te lopen als je meer wilt weten over de weersomstandigheden, moeilijkheid van een bepaalde trekking en dat soort dingen.
Je vindt dit informatiepunt vlakbij de hiervoor besproken Arthur’s Pass Cafe & Store.
Vervolg je reis naar het dorpje Ross
Ik kwam van de westkust (Greymouth) en ben via Arthur’s Pass weer teruggegaan naar diezelfde westkust. Alleen dan een stukje zuidelijker, namelijk in het mijnwerkersdorpje Ross.
Er is verder niet zo heel veel te beleven, maar een nachtje of twee is prima te doen. Ga in ieder geval naar het Historic Empire Hotel. Je hebt er een lokale pub is waar je superlekkere biertjes kunt drinken. En dat in een bijzonder sfeervolle setting, waarbij je het gevoel het jaren terug in de tijd te gaan.
Een camping die ik je daar kan aanbevelen, is de Ross Beach Top 10. Je parkeert je auto/camper op het oneindig lange strand, en valt in slaap met het geluid van de zee op de achtergrond. Fijner kan niet toch?
Of reis dwars door de alpen met de TranzAlpine Train
Tussen Christchurch en Greymouth kun je een van de mooiste treinreizen maken die je je maar kunt voorstellen. Ben je geen roadtrip aan het doen en wil je naar Arthur’s Pass afreizen? Stap dan in Christchurch of Greymouth op de TranzAlpine Train. Onderweg kijk je door de grote ramen naar het spectaculaire landschap bestaande uit bergen, grazende schapen, watervallen en steile kliffen. Een landschap dat soms wel geschilderd lijkt te zijn.
Ga jij backpacken in Nieuw-Zeeland?
Lees dan even verder, want ik heb een onwijs toffe backpackgids gemaakt. Het is een prachtige guide vol met avontuurlijke routes, insider-tips en inspiratie.
Onder meer de volgende dingen komen aan bod:
Cruciale informatie voor je vertrekt, maar ook voor als je aankomt.
De mooiste plekjes van het land, zowel bekendere als off the beaten track.
Per bestemming de leukste accommodaties; van campings in de wildernis tot aan gezellige hostels.
Veelzijdige routes, inclusief routekaartjes en per bestemming tips over de verblijfsduur.
Adviezen voor transport, het benodigde budget en suggesties om geld te besparen.
Een checklist om lichtgewicht op pad te kunnen gaan.
En nog 56 bonustips om alles uit je reis te halen…
Wil jij meer weten over het meest complete en actuele Nederlandstalige backpackpakket voor Nieuw-Zeeland-avonturiers?
