Ik trok de zware rode poort dicht en wikkelde het dikke cijferhangslot eromheen, en besefte me dat de laatste 1,5e maand in Portugal voorbij gevlogen waren. De tijd op de camping was over het algemeen erg fijn, met heel wat boeiende en uiteenlopende personen die ik heb leren kennen. Toch voelde ik ook dat ik graag weer wat anders wilde. Avontuur, ontdekken, nieuwe ervaringen opdoen. En dus had ik een paar dagen eerder besloten om verder te gaan.
Via het zanderige en met stenen bezaaide pad liep ik voor de laatste keer langs de luid blaffende honden. De blikken waren nog altijd alsof ze me wilden opvreten. Tijdens het lopen at ik een verse sinaasappel en plukte ik wat amandelen uit de bomen die ik vervolgens met een grote steen kraakte. Het maakt deze plek zo fijn, het feit dat je dingen uit de natuur kunt eten.
Ongeveer 10 minuten later plofte ik m’n tas neer in het bushokje. Of naja tassen, want mijn 30-liter backpack bleek net te klein voor alles wat ik bij me had. Een half uurtje later kwam de bus aan, en nadat de chauffeur gebaarde dat ik m’n mondmasker op moest zetten, reden we weg en verdween de camping uit het zicht. Zwaar, maar tegelijkertijd beseffende dat er nieuwe avonturen zouden volgen.
Ach, wellicht kom ik hier ooit nog eens terug, who knows?
.
.
Na 1,5e maand op een hippiecamping in de natuur geweest te zijn ben ik doorgereisd naar Faro, de stad waar mijn reis in de Algarve begon. En dit is voor de meeste toeristen het geval, want in Faro ligt de internationale luchthaven van de Algarve.
Het is overigens geen typische bestemming voor backpackers, al geldt dat voor zoveel plekken in Europa. Europa is nou eenmaal geen Azië, Zuid-Amerika, Nieuw-Zeeland of Australië. Desondanks is het een leuk plaatsje om een paar dagen te verblijven.
Nu ik dit artikel schrijf zit ik in de trein naar Lagos en ga ik je alles vertellen over de 3 volle dagen die ik in Faro heb doorgebracht.
Van natuur naar stad: een confronterend gevoel
Na zo lang in de natuur geweest te zijn, vond ik het wel weer eens lekker om wat plekken te gaan bekijken. Echter, toen ik aankwam in Faro werd ik eerlijk gezegd een beetje droevig.
Geen velden met fruitbomen meer, geen amandelen meer plukken uit de bloesembomen, geen ongerepte wandelpaden, zoveel ‘serieus’ ogende mensen, overal auto’s – zelfs in kleine zijstraatjes, geen lieve hond die met me aan de wandel gaat; gewoon een compleet andere vibe. En natuurlijk kon ik dit ook wel weten, maar soms komen zulke dingen simpelweg ineens hard binnen.
Bovendien was ik ineens weer helemaal alleen en valt afscheid nemen me bijna altijd zwaar.
Aan de andere kant wist ik net zo goed dat het gewoonweg even wennen zou zijn. Daar hield ik me dan maar aan vast. Gelukkig had ik het de dagen erna een stuk beter naar m’n zin.
Na wat rondgestruind te hebben zat ik op een terrasje van een koffie te genieten en kwam ik ineens Shaun tegen, een Engelse jongen die ik op de camping had ontmoet. We praatten over de overgang van de camping naar de stad, en dat dit bijna surrealistisch aanvoelde.
Een oase van rust bij Lemon Tree Stray
De accommodatie waar ik ben verbleven is Lemon Tree Stay, een Bed & Breakfast die ik je kan aanbevelen als je van gemoedelijkheid en design houdt én tegelijkertijd middenin het centrum wilt zitten.
Het concept ‘lemon’ komt direct terug bij de ingang van de B&B. De deur is namelijk knalgeel. Wanneer je de deur openslaat kom je in een toffe tuin met citroenbomen en mooie planten terecht. De hond des huizes, Panda, komt vervolgens graag even bij je op schoot zitten om je welkom te heten. Echt een geweldig beest 😀 .
De eigenaar van deze toko is Vasco, en aan de inrichting te zien kan je merken dat hij architect is. Iedere kamer heeft z’n eigen design en concept. Zo sliep ik in een kamer met een stoere, industriële look.
Al met al vond ik het een heerlijke plek, vooral door de rust en de vele planten bij het gezellige terras waar je ’s ochtends je dag begint met een lekker ontbijtje.
Pittoreske straatjes met leuke tentjes
Zoals de meeste mensen doen als ze zijn aangekomen, ben ook ik begonnen met een wandeling door de stad. Naja, stad is een groot woord, het is eerder een dorpje. Zo voelt het er in ieder geval.
In het centrum vind je de typische geplaveide straatjes met bars, bakkerijen, koffiezaken en fraaie klassieke woningen met Franse balkons. Een van de bekendere is Rua Conselheiro Bivar dat je op de foto hieronder ziet.
Grenzend aan het centrale plein ligt Marina de Faro, de haven met vele boten en een promenade om overheen te wandelen.
Op loopafstand heb je bovendien het historische centrum van Faro, waar je onder andere een kijkje kan nemen in de Faro Cathedral. Van de buitenkant ziet het er allemaal vrij sober uit, maar binnen is alles rijkelijk versierd. Zo heb je er allerlei prachtige kappelletjes uit de 13e eeuw. Loop daarna naar boven en geniet van het mooie uitzicht.
Fietsen naar Praia de Faro
Wat ik vet vond om te doen was het uitstapje naar Praia de Faro, oftewel het strand van Faro. Je vindt deze zandbank op een kilometer of acht van het centrum, en daarmee is het prima met de fiets te doen. Die kan je bij je hotel of guesthouse meestal wel huren, dit is dan ook wat ik bij mijn B&B heb gedaan.
Onderweg reed ik langs het hardloopgedeelte waar ik tijdens mijn vrij bizarre wandeltocht van zo’n 20 kilometer richting de camping bij Olhão ook overheen gelopen was. Nu voelde ik me alleen een stuk beter haha.
Bij het Ibis Hotel sloeg ik linksaf waarna ik langs de wijk Montenegro kwam. Veel nieuwbouw, verder niet zo spannend. Daarna fietste ik over wat onverharde wegen, en zag ik links van me de luchthaven van Faro. Lachen om hier even naast te fietsen. Het geeft maar weer aan hoe compact dit stadje is.
Het laatste stuk gaat over een houten steiger en uiteindelijk beland je dan bij het best wel mooie strand van Faro. Ik zeg best wel mooi, aangezien ik niet van overdrijven houd, en tijdens m’n reizen al tig stranden heb gezien. Ik ben meteen even het water ingegaan om m’n hoofd en haren met zout water in te smeren. Het is altijd zo’n fijn gevoel.
Wat verder nog bijzonder was, is dat ik wederom Shaun van de camping tegenkwam. Kon dit nog toeval zijn? We spraken over yoga, plantmedicijnen en spiritualiteit en een beetje over voetbal. Voor mij voelde dit als zo’n typische ontmoeting die zo had moeten zijn. Zeker omdat het de tweede keer in 2 dagen was.
Trouwens, als je wilt leren surfen, dan heb je een paar schooltjes waar je lessen kan volgen. Een aanrader is Surf Club Faro.
Behalve fietsen kan je ervoor kiezen om de bus te pakken. Je neemt dan de bus die naar de airport gaat, die zet je vlak voor het strand af. Zorg dat je cash bij je hebt, want er is geen andere manier om te betalen.
Een uitstapje naar Ilha Deserta
Als je het leuk vindt om een eiland te bezoeken, raad ik je aan om met de boot naar Ilha Deserta te gaan. Dit is een 7 kilometer lange zandbank die tevens bekendstaat als ‘Baretta Island’ en je kan er lekker chillen en seafood eten bij het enige aanwezige -en vrij dure- restaurant.
Het wordt er over het algemeen redelijk druk, want ook dagjesmensen uit Olhão komen naar Ilha Deserta. Ga je sec voor strand, dan kan je wat mij betreft net zo goed naar Praia de Faro gaan. Wil je er echter een dagje uit, dan is dit een gave trip om te doen.
Boten vertrekken vanaf de steiger vlakbij het historische centrum, en je bent ongeveer 45 minuten onderweg met de ferry. Er gaan ook snellere boten. Meer rond het midden bij de haven heb je commerciële touroperators die dagtripjes aanbieden. Leuk is om met een catamaran naar een aantal van Ria de Formosa-eilanden te gaan, waarvan Ilha Deserta er een is. Je kunt die trip trouwens ook online boeken via Get Your Guide.
De zonsondergang bekijken bij de haven
Wat je zeker moet doen als je in Faro bent is de zonsondergang bekijken vanuit de haven. Je kunt daar helemaal doorlopen, oversteken bij het spoor en de steiger oplopen om te genieten van het schouwspel.
Er hangt tevens een leuke sfeer, want veel locals komen hier bijeen om met een hapje, drankje en soms een jointje de avond in te luiden.
Op de dag dat ik ging zag het er schilderachtig uit, zoals je op de bovenstaande foto kunt zien.
Waar in Faro kan je lekker eten?
Een van de typische dingen om te doen in Faro is een lekker hapje tapas eten. Drie tentjes die ik je aanraad zijn A Venda, Portas de São Pedro en het kleine maar sfeervolle Los Locos.
Dan heb ik nog een tip gekregen van Marcel en Sofi, een stelletje dat ik in de B&B heb ontmoet. Ze vertelden me dat je de scampi’s bij Julia’s restaurant, beach bar & lounge écht niet mag missen. Het is er wel wat prijziger, maar zoals Marcel zei: “Het beste gerecht in Faro hebben we bij Julia’s gegeten, je krijgt er ook lekkere Afrikaanse rijst bij. En ik zeg dit niet zomaar; ik heb ervaring in meerdere Michelin-restaurants.”
Zoek je wat goedkopers maar in een typisch Portugese setting? En houd je van vis? Ga dan naar Cantinho da Ronha. Het ziet er niet spectaculair uit, maar het eten is er echt heerlijk.
Overigens, we blijven backpackers hè, kan je ook altijd naar de supermarkt gaan en daar wat spullen halen. Auchan en Pingo Doce zijn twee bekende supermarkten in het centrum.
Waar in Faro raad ik je aan om te overnachten?
Zoals gezegd sliep ik in de B&B Lemon Tree Stay, echt een fijne plek in een natuurlijke setting waar je lekker tot rust kunt komen.
Maar wellicht dat je alleen reist en liever in een hostel overnacht om andere backpackers te ontmoeten en op je budget te letten. In dit geval heb je een aantal goede opties, aanraders zijn het Tilia Hostel en Hostellicious.
Wil je dichtbij de airport of het strand slapen?
Indien je een vroege vlucht vanuit Faro hebt, is het fijn om je accommodatie op loopafstand van de airport te hebben. Hetzelfde geldt als je laat aankomt en geen zin meer hebt om een taxi naar het centrum te pakken.
Toen ik landde in Faro sliep ik de eerste nacht in het Faro Sun Life Hostel, op 1,5e kilometer van de airport. Geen aanrader wat mij betreft, aangezien het er zeer rumoerig was en niet schoon. Wel erg goedkoop.
Als je een wat ruimer budget hebt, raad ik je aan om een Airbnb of hotel te boeken. Je zou bijvoorbeeld kunnen denken aan het Pine House.
Op 3 kilometer van de airport ligt het strand Praia de Faro en daar heb je het toffe Wax Hostel liggen.
Hoe zit het met Transport in Faro?
Faro is compact en vrijwel alles in en rond het centrum is te voet te doen. Veel accommodaties verhuren bovendien fietsen. Ook kan je gebruikmaken van elektrische steppen, die via een deelsysteem werken. Je ziet ze vrijwel op iedere hoek van de straat staan, met name van het merk LINK.
Hoe kom je in Faro?
Faro heeft als gezegd een luchthaven -Faro Airport- met internationale verbindingen. Wat de meeste mensen doen is er een auto huren en een paar daagjes in Faro blijven. Je kan er ook de bus of taxi naar het centrum pakken, dat ligt zo’n 8 kilometer verderop.
In Faro heb je zowel bussen als treinen die je naar andere bestemmingen in de Algarve kunnen brengen. Zelf nam ik de trein naar Lagos, een reis van 1 uur en 3 kwartier. Het bus- en treinstation liggen vlakbij elkaar, op loopafstand van de haven. Treinkaartjes kan je halen bij het loket en betalen met pinpas, bustickets koop je in de bus en betaal je met contant geld.
Waarheen na Faro?
Je kunt net als ik naar Lagos gaan, eventueel met een tussenstop in Albufeira. Lagos is trouwens het eindpunt van de trein, en als je verder richting het westen wilt -bijvoorbeeld naar Sagres– dan zal je een bus moeten pakken of je kunt een auto huren.
Een andere mogelijkheid is om richting het oosten te reizen en Olhão en Tavira te bezoeken. Bij Olhão vind je bovendien de toffe camping waar ik ben verbleven, je gaat er helemaal back to basics. Al heb je er wel gewoon warme douches, wifi en een keuken hoor 😀 . Na het drukke stadse leventje kan zoiets heerlijk zijn.