Backpacken in Japan: kosten, bezienswaardigheden en voorbereiding

Ga jij binnenkort naar het mooie Japan? In korte tijd is dit land uitgegroeid tot een van de populairdere bestemmingen in Azië, en daar zijn goede redenen voor. Het is overal brandschoon, je vindt er unieke tempels, de mensen zijn super beleefd, het reizen is er gemakkelijk en comfortabel, je hebt er unieke natuur en uiteraard is het ook vooral de cultuur die Japan zo aantrekkelijk maakt.

Tegenwoordig is Japan behalve voor enkel en alleen de rijkere reizigers bovendien een stuk toegankelijker geworden voor backpackers, bijna overal kan je namelijk gezellige hostels vinden. En de kosten? Als je een beetje oplet kan het uiteindelijk best meevallen.

Japan is trouwens echt compleet wat anders dan bestemmingen die je in Zuidoost-Azië gewend bent. Je komt wat dat betreft in een hele andere wereld terecht. Een cultuurshock? Grote kans, maar dan in de positieve zin van het woord.

In deze gids ga ik je van alles vertellen over de kosten die je in Japan kunt verwachten, ik deel de mooiste bezienswaardigheden met je en tenslotte zal ik aangeven waar je aan moet denken voor je vertrekt.

Backpacken in Japan: de kosten

De reactie van de meeste mensen -inclusief ikzelf- als een andere reiziger vertelt dat hij of zij in Japan gaat reizen, is nogal eens: “Maar het is daar zo fucking duur.”

Echter, Japan hoeft niet zo prijzig uit te vallen als je op voorhand misschien denkt. Voor de duidelijkheid: Japan is stukken duurder dan landen als Indonesië, Thailand, Cambodja etcetera. Het is in ieder geval geen land waar je van 15 of 20 euro per dag rond kunt komen, zoals in de voorgenoemde bestemmingen wel kan.

Maar, wat voor kosten kun je nou precies verwachten? En wat is het benodigde dagbudget?

In dit gedeelte bespreek ik verschillende relevante kosten op het gebied van accommodatie, eten & drinken, transport en tours & activiteiten. Daarna vertel ik je meer over het dagbudget wat je aan kunt houden.

Accommodatie

Ikzelf heb in Japan eigenlijk alle soorten accommodaties wel gezien. Van capsulehostels tot aan minikamertjes in business-hotels. Het fijne aan de Japanse accommodaties is dat de standaard hoog ligt, vieze kamers zal je bijvoorbeeld vrijwel niet tegenkomen. Vergelijken van prijzen en vervolgens boeken raad ik aan om te doen via Agoda of Booking.com. Wat de prijzen zoal zijn lees je hieronder.

De gemiddelde kosten voor een dorm-bed in een hostel zijn ongeveer 2.000 yen, wat overeenkomt met 16,65 euro, maar ook 1.500 yen (12,50 euro) is soms al mogelijk. Echter, in bijvoorbeeld Shinjuku, Tokyo merkte ik dat de prijzen al snel richting omgerekend 30 euro per nacht gingen. Het ligt er dus ook aan in welke stad je verblijft.

Behalve een hostel, kun je er tevens voor kiezen om te verblijven in een ryokan. Dit is een typisch Japanse accommodatie, inclusief ontbijt en een ‘onsen’ (een gemeenschappelijk bad met zuiverend water) om in te relaxen. De inrichting, met onder meer een tatami-kamer, is geheel in traditionele Japanse stijl en daarom een echte aanrader eens je in dit bijzondere land bent. Op deze manier krijg je een hoop mee van de verschillende Japanse tradities en de typische gastvrijheid. Overnachten in dit type accommodatie is echter vele malen duurder dan slapen in een hostel. Goedkopere ryokans beginnen zo rond de 7.000 yen (58,35 euro) per persoon per nacht, al zal je gemiddeld genomen eerder aan 15.000 yen (125 euro) per persoon per nacht moeten denken.

Zoek je qua prijs iets wat tussen de hostels in hotels in zit, dan heb je guesthouses waar je een eigen kamer voor 4.000 yen (33,35 euro) of meer kunt boeken. Soms is het bovendien goedkoper, al kun je er dan vanuit gaan dat je een badkamer met andere gasten moet delen. Denk bijvoorbeeld aan Guest House Ouka in Takayama waar je voor omgerekend 27 euro een eenpersoonskamer met gedeelde toilet- en douchefaciliteiten krijgt.

Een andere mogelijkheid is uiteraard een hotel. Je hebt ze in allerlei soorten en maten, startend vanaf gemiddeld zo’n 8.000 yen (66,65 euro) per nacht voor een tweepersoonskamer. Om je een indruk te geven: in Tokyo heb je het Domo Hotel, een basic maar fijne plek, voor 81 euro per nacht. In Kyoto zijn er toffe townhouses, al ben je voor zoiets al snel 170 euro kwijt voor een overnachting. Sommige hotels bieden eenpersoonskamers aan, denk aan prijzen van 4.000 yen (33,35 euro) en hoger.

Japan staat verder bekend om haar capsules om in te overnachten. Dit zijn een soort raamloze cellen van 2 meter lang, 1 meter breed en 1 meter hoog, vaak voorzien van een televisie. Er past precies een bed in, en je kunt ze doorgaans afsluiten met een deur of gordijn. De gemiddelde prijs ligt zo rond de 3.500 yen, omgerekend 29,20 euro. Voor de claustrofobische reizigers raad ik deze vorm van accommodatie niet aan overigens.

Zit je echt krap bij kas en heb je weinig comfort nodig? Overweeg dan om te overnachten in een mangacafé. Dit zijn internetcafés waar je Japanse strips -manga dus- kunt lezen. En dat is niet het enige, want slapen in een eigen kleine cabine is mogelijk, voor prijzen tussen de 1.500 (12,50 euro) en 3.000 yen (25 euro) per nacht. Je hebt tevens speciale pakketten van 3 tot 5 uur en bijvoorbeeld 6 tot 8 uur. Verwacht overigens geen bed, maar eerder een stoel die je naar achteren kunt klappen. In sommige van deze cafés bieden ze tevens minibankjes aan.

Tot slot wil ik je adviseren om in een prijzig land als Japan gebruik te maken van Airbnb. Behalve dat je voor een vaak mooie prijs in een leuk plekje terechtkomt, kan de eigenaar je meer vertellen over de omgeving en je wegwijs maken. In sommige steden heb je bijvoorbeeld een eigen studio voor rond de 30 euro, iets wat je in een hotel of guesthouse meestal niet zal vinden.

Eten & drinken

Japan is een land bij uitstek dat bekendstaat om het goede eten. Denk aan sushi, ramen, dumpings, yakitori en natuurlijk Wagyu-biefstuk. In het kort kan ik wel zeggen dat de prijzen voor eten redelijk te vergelijken zijn met Nederland.

Om je een idee te geven: als je van sushi houdt kun je in de verschillende sushi-train-restaurants (kaitenzushize-restaurants) twee sushi’s krijgen voor prijzen tussen de 100 yen (0,85 euro) en 500 yen (4,20 euro). Dit is low budget. Ga je sushi eten in een niet-sushi-train-restaurant, dan betaal je voor een lunch gauw 2.000 yen (16,65 euro) en voor een diner 5.000 yen (41,65 euro).

Veel reizigers kiezen er overigens ook voor om simpelweg naar een supermarkt of convenience store te gaan en daar een goedkope maaltijd te scoren. Ze worden verkocht in zogeheten ‘bento boxes’. Een rijstgerecht heb je er voor 300 (2,50 euro) tot 600 yen (5 euro). In sommige van deze convenience stores (7-Eleven, Lawson en de Family Mart) is bovendien een desk aanwezig waar je kunt zitten en eten.

Als je geen visliefhebber bent, dan heb je legio andere mogelijkheden. Je kunt bijvoorbeeld kiezen voor een Japanese BBQ (een barbecue ingebouwd in de tafel) waar je jouw eigen diner zelf kunt klaarmaken (vanaf 2.500 yen – 20,85 euro) of kiezen voor de eenvoudige optie: een lekker bordje noodles of rijst voor 650 yen (5,40 euro). Een stokje (niet hoge kwaliteit) Wagyu-biefstuk bij een kraampje zal je meestal minimaal 700 yen (5,85 euro) kosten, al heb ik ze op de vismarkt in Tokyo ook voor 2.000 yen (16,65 euro) gezien. Echter, ga je in een yakiniku-restaurant eten dat speciaal op Wagyu-biefstuk is gericht, dan betaal je al snel 3.000 yen (25 euro) voor de lunch en 5.000 yen (41,65 euro) of meer voor een avondmaal. Een low-budget optie is het eten van ramen. Dit is erg lekkere noodle-soep met topping naar keuze. In ramen-zaakjes kun je al terecht voor 700 yen (5,85 euro), met extra toppings zoals een ei of bacon voor 100 yen (0,85 euro) tot 200 yen (1,65 euro).

In Japan vind je trouwens ook best wel wat bakkerijen, ideaal om een ontbijtje te pakken. De prijzen zijn vergelijkbaar met Nederland, denk aan bedragen vanaf 150 yen (1,25 euro) per broodje of hartige snack.

Houd je net als ik van groenten en fruit? Dan kom je in Japan van een koude kermis thuis. Qua fruit in ieder geval. Een losse appel kost bijvoorbeeld 120 yen (1 euro), een sinaasappel 100 yen  (0,85 euro) en aardbeien (250 gram) bedragen al snel 600 yen (5 euro). Ik heb zelfs doosjes voor 1.700 yen gezien (14,15 euro). Het enige fruit dat ik goedkoop heb kunnen vinden waren bananen (130 yen per kilo – iets meer dan 1 euro). Groenten blijken gelukkig goedkoper en qua prijs te vergelijken met Nederland. Shiitake, de in mijn ogen heerlijke champignons, koop je zelfs al voor 100 yen (0,85 euro) of minder.

Qua drank liggen de prijzen nog een stukje hoger dan in Nederland. Een shot espresso in een koffiezaak kost al snel 350 yen (2,90 euro) of meer. Zo heb ik in Tokyo bij koffiezaken zelfs espresso’s voor 600 yen (5 euro) gezien. Een biertje van de tap zal minimaal 500 yen (4,15 euro) bedragen. Frisdranken zijn vergelijkbaar geprijsd met Nederland. In de supermarkten koop je bijvoorbeeld een halve liter cola voor 100 yen (0,85 euro). In de typische Japanse frisdrankautomaten die buiten staan betaal je net wat meer.

Rook je? Een pakje sigaretten is geprijsd tussen de 400 yen (3,35 euro) en 600 yen (5 euro).

Transport

Transport -op de langere afstanden- in Japan is verre van goedkoop, comfortabel is het echter wel. Zowel met de trein als bus. Enkel de lokale treinen zijn soms wat stressvol, aangezien je er niet altijd een zitplek hebt en tussen tientallen mensen een staanplaats moet zien te vinden.

Hoe zit het met de kosten?

Je zal waarschijnlijk het meest van de trein gebruikmaken. Er zijn zowel lokale als langeafstandstreinen. In die laatste categorie vallen de express trains en de Shinkansen.

Een optie is om de JR Pass aan te schaffen. Met deze kaart kun je voor maximaal 21 aaneengesloten dagen onbeperkt gebruikmaken van bijvoorbeeld de luxere Shinkansen-treinen. Je kunt deze kaart eenvoudig online kopen. Op het moment van schrijven zijn de kosten (in dollars) als volgt:

• 7 dagen: $287
• 14 dagen: $456
• 21 dagen: $583

Om je een schatting te geven, zonder JR Pass zijn de prijzen voor de volgende trajecten per Shinkansen de volgende:

• Tokyo – Osaka (2 uur en 45 minuten): 14.520 yen (121 euro)
• Tokyo – Hiroshima (4 uur): 19.240 yen (160,35 euro)
• Osaka – Hiroshima (1 uur en 40 minuten): 10.430 yen (86,90 euro)
• Fukuoka – Tokyo (2 uur en 50 minuten): 14.330 yen (119,40 euro)

Indien je in een week drie of meer van dit soort reizen op de planning hebt staan, zal het waarschijnlijk lonen om de JR Pass aan te schaffen. Echter, als je van plan bent om langer op bepaalde bestemmingen te blijven, dan is dit vervoerbewijs niet iets dat aan te raden is.

Je hebt trouwens ook de mogelijkheid om gebruik te maken van bussen, vaak een goedkoop alternatief vergeleken met de bovenstaande treinen, al ben je doorgaans wel een stuk langer onderweg. Maar ze zijn erg comfortabel en hebben vaak gratis wifi, ik vond het erg chil in ieder geval. Zo kun je van Hiroshima naar Fukuoka (4,5 uur) voor 4.250 yen (35,40 euro), dit is ongeveer de helft vergeleken met de Shinkansen (2 uur reizen). Er rijden op de langere trajecten overigens tevens nachtbussen, zo kun je op accommodatie besparen.

Voor bussen binnen de stad, ben je doorgaans een euro of 2 kwijt per 30 minuten, niet slecht wat mij betreft. Echter, in de praktijk zal je waarschijnlijk vooral de metro of stadstrein pakken, die overigens net zo goed gunstig geprijsd zijn. Zo betaal je voor een Tokyo Metro-dagticket 600 yen (5 euro). Losse trein- en metrotickets variëren in Tokyo van 170 yen (1,40 euro) tot 330 yen (2,75 euro).

Wellicht wat minder interessant voor jou als backpacker, is gebruikmaken van de taxi. En gezien de goede transportopties die je binnen de steden hebt, hoef je er eerlijk gezegd ook geen gebruik van te maken. Maar het kan natuurlijk wel. Ga uit van een starttarief van 600 yen (5 euro) en vervolgens 400 yen (3,35 euro) per afgelegde kilometer . Weet ook dat er in bijvoorbeeld Tokyo een nachttoeslag is tot wel 30%.

Om eilanden te bereiken zal je vaak gebruik kunnen maken van een ferry. De JR Miyajima Ferry van Miyajimaguchi naar Miyajima kost 360 yen (3 euro) voor een retour en de oversteek duurt 10 minuten. Wil je de Kerama-eilanden bezoeken, dan zal je echter dieper in de buidel moeten tasten. De high speed boat naar Tokashiki Island kost 2.490 yen (20,75 euro) voor 35 minuten en 3.140 yen (26,15 euro) voor het uurtje naar Zamami Island. De autoferry richting beide eilanden kost respectievelijk 1.660 yen (13,85 euro) en 2.120 yen (17,65). De reistijd is met de autoferry wel tweemaal zo lang.

Verder is het in Japan gebruikelijk om een auto te huren en het land al roadtrippend te ontdekken. Dat is natuurlijk ook een hele gave ervaring. Kijk op Discover Cars voor de beste deals.

Tot slot is het vliegtuig nog een mogelijkheid, vaak zelfs goedkoper dan de Shinkansen-trein. Zo kun je voor rond de 50 euro van Tokyo naar Osaka vliegen, terwijl dit met de Shinkansen 121 euro kost. Echter, in het geval van de trein stap je doorgaans in het centrum uit, waardoor extra reizen niet nodig is. Tevens kun je bij de trein kort van tevoren aanwezig zijn, terwijl je bij een vliegreis al snel uren voor je vlucht op de airport zal moeten verschijnen. En bovendien is het zo dat veel toeristen de JR Pass aanschaffen, vliegen is dan dus financieel niet meer interessant.

Tours & activiteiten

Voor culturele activiteiten kun je in musea terecht voor prijzen die variëren van 50 yen (0,40 euro) tot 1.500 yen (12,50 euro), al kan het soms ook duurder zijn. Als voorbeeld: een bezoekje aan het Hiroshima Peace Memorial Museum is 200 yen (1,65 euro), het Manga Museum in Kyoto 800 yen (€6,65) en de entree voor het spectaculaire teamLab Borderless in Tokyo bedraagt 3.200 yen (26,65 euro).

Tempels zijn soms gratis, al zal je voor de bekendere trekpleisters steevast entree moeten betalen. Gangbare tarieven zijn 300 yen (2,50 euro) tot 600 yen (5 euro), al heb ik voor de Daigoji-tempel in Kyoto zelfs 1.500 yen (12,50 euro) betaald.

Verder zijn de Japanse hot springs een absolute aanrader. Ze worden in Japan ook wel ‘onsen’ genoemd en je vindt ze werkelijk door heel het land. De kosten zijn zeer redelijk, waarbij de goedkopere onsen 300 yen (2,50 euro) kost en de ‘duurdere’ om en nabij de 1.000 yen (8 euro). En dat inclusief handdoek. Let wel op, want badkleding draagt men er niet en bovendien staat men doorgaans geen tatoeages toe.

Tot slot is Japan het land van de games. Zo kun je in Akihabara in Tokyo je ei helemaal kwijt als je een liefhebber bent van het spelen van spelletjes. De kosten zijn hier 100 yen (0,80 euro) yen per spel, waarbij het spel pas is afgelopen als je daadwerkelijk bent verslagen. Ben jij bijvoorbeeld in voor een marathonsessie Tekken?

Je tours en activiteiten alvast boeken?

Je kunt je tours en activiteiten eenvoudig in Japan zelf regelen in de steden of dorpjes waar je verblijft.

Wil je dit echter alvast online doen, dan kan je gebruikmaken van Get Your Guide.

Backpacken in Japan: bestemmingen en bezienswaardigheden

Japan bestaat uit liefst 6.852 eilanden, al ligt liefst 97% van het totale landoppervlak op de vier hoofdeilanden: Hokkaido, Honshu, Shikoku en Kyushu. Honshu is hiervan het grootste en bovendien het meest bekend. Je vindt er bijvoorbeeld Tokyo, Kyoto, Osaka en Hiroshima.

In dit gedeelte bespreek ik tien plekken die je tijdens je trip door Japan absoluut gezien wilt hebben. De meeste hiervan liggen overigens op Honshu.

1. Ontdek de bruisende hoofdstad Tokyo

Uiteraard kan het niet anders dan dat ik dit gedeelte begin met Tokyo, de bruisende hoofdstad van Japan waar niets te gek lijkt. Wijken waar gamen centraal staan, maid cafes, robotrestaurants, een van de drukste kruispunten ter wereld, een ultiem treinnetwerk, café’s met uilen, katten en honden en het fascinerende teamLab Borderless. Geloof me, zo kan ik nog wel even doorgaan. Tokyo is simpelweg een stad die je nergens anders vindt.

Er zijn talloze leuke wijken om te verblijven, zelf vind ik Shinjuku een toffe plek. Er loopt hier van alles rond: zakenlui, toeristen, studenten en meisjes die soms net uit een strip lijken te komen. Gezellig is om een drankje te doen in de Golden Gai en daarna door de beruchte wijk Kabukicho te wandelen.

Je kunt je in Tokyo makkelijk een week vermaken. Ik raad je daarnaast aan om uitstapjes te maken naar het tempelstadje Kamakura, Mount Takao en eventueel naar het wat verder gelegen Nikko.

2. Relax in een van de onsen-stadjes

Bijna iedere bestemming in Japan heeft meerdere onsens om te relaxen. Meestal zijn dit badhuizen met water dat van geisers komt. Behalve deze badhuizen heb je in Japan echter ook onsen towns, oftewel onsen-dorpjes waar je natuurlijke warmwaterbronnen vindt.

Een zo’n onsen-dorpje is Kusatsu Onsen, gelegen op 1.200 meter hoogte in de Gunma-prefectuur. Behalve baden in zuiverende hot springs die je op de foto hierboven ziet, kun je er in de winter bovendien skiën.

Een andere trekpleister is Hakone, op minder dan 1,5 uur reizen vanuit Tokyo. Je hebt er talloze hot springs en verder is Hakone bekend vanwege de mooie uitzichten die je er hebt op Mount Fuji. Als je budget het toelaat, is het een gave ervaring om hier in een ryokan te slapen.

Op Kyushu ligt het rustige stadje Beppu waar je de meeste warmwaterbronnen van heel Japan aantreft. Zandbaden, modderbaden, stoombaden en normale hot springs; je kunt het zo gek niet bedenken. Maar let op, want niet alle hot springs zijn er geschikt om in te relaxen. Dit geldt bijvoorbeeld voor de Hells of Beppu, zeven gloeiend hete baden. De ene borrelt terwijl de andere een opvallende kleur heeft. Leuk om gezien te hebben, al is het er behoorlijk toeristisch.

Ook Kurakawa Onsen is een fijne plek om helemaal tot rust te komen. Dit kleine dorp is enkel bereikbaar per bus en ligt in een fraaie vallei gevuld met bossen en een stromende rivier. Het barst er van de ryokans en bovendien enkele publieke badhuizen.

 3. Beklim en bekijk Mount Fuji

Wanneer je Japan in de maanden juli tot en met september bezoekt, dan is het klimseizoen van Mount Fuji geopend en kun je de 3.776 meter hoge vulkaan beklimmen. Met name eind juli tot en met eind augustus zijn hiervoor geschikt. Je kunt uit verschillende trails kiezen, waarvan de 5 tot 7 uur durende  Fujinomiya Trail er een is. Maar let op, ik heb het over de weg naar boven, de afdaling duurt ook nog zo’n 2 tot 5 uur.

Behalve het hiken deze imposante berg is het simpelweg bekijken ervan net zo goed een aanrader. De mooiere plekjes hiervoor zijn de Chureito Pagoda in Fujiyoshida City, Lake Kawaguchiko en het eerdergenoemde Hakone. Een andere verbluffende spot is Honcho Street in Fujiyoshida City.

Verwar Mount Fuji overigens niet met Fuji City. Deze stad kan je wel als uitvalsbasis voor de vulkaan gebruiken en vanuit het centrum heb je bovendien zicht op de berg. Voor de rest is het wat mij betreft niet zo’n boeiende bestemming.

4. Zie de mooiste tempels en schrijnen in Kyoto

Tokyo is gaaf, maar Kyoto is magisch. Het is zonder twijfel m’n favoriete Japanse stad. Je hebt er zoveel bizar mooie tempels, schrijnen en torii‘s, waardoor je je geen dag zult vervelen. Verder is wandelen door de sfeervolle oude straatjes en of bezoek aan het moderne centrum ook gaaf om te doen.

Er als alleen wel een ‘maar’, want Kyoto wordt iedere dag overspoeld door toeristen uit allerlei hoeken van de wereld. Houd bij de bezienswaardigheden daarom rekening met grote druktes en hordes mensen die bezig zijn de ultieme selfie te maken.

De absolute aandachtstrekker van Kyoto is Fushimi Inari-taisha, waar je door duizenden rode torii’s loopt en onderweg een aantal schrijnen tegenkomt. Een echt sprookje was voor mij het bezoek aan de Daigo-ji Temple, waar de Bentendo Hall omringd werd door verwilderde struiken en bomen die door de herfst rood en oranje. Zoiets had ik nog niet eerder gezien. Andere bekende plekken in Kyoto zijn Kyomizu-dera, de Arashiyama Bamboo Grove, de Kinkaku-ji Temple en het Filosofenpad. En er is nog zoveel meer om te ontdekken.

Een leuk daguitstapje vanuit Kyoto is Nara. Je loopt er tussen de wilde -wild is een groot woord, ze zijn namelijk behoorlijk tam- herten, hebt er schitterende tuinen en je kunt er naar de Todaiji Temple lopen om een van de grootste bronzen Boeddha’s ter wereld te bekijken.

Ook kun je een tripje naar Osaka maken, dit is vooral een zaken- en studentenstad. Zeker gezellig, maar veel bezienswaardigheden zijn er daarentegen niet te vinden. Toch zijn er enkele unieke dingen om te zien, denk bijvoorbeeld aan Harry Potter World in Universal Studios en het Osaka Castle. Of ga een avondje stappen in het levendige Dotonbori. Verder kan je een uitstapje maken naar Kobe om de wereldberoemde (en dure) Kobe-biefstuk te eten. Vanuit Kyoto ben je al in een half uur in Osaka.

5. Bezoek indrukwekkende plekken rond Fukuoka

Nee, Fukuoka is wat mij betreft zeker niet de mooiste stad van Japan. Het feit dat shoppen in een overdekt winkelcentrum er als een van de hoogtepunten wordt gezien, zegt eigenlijk al voldoende.

Desalniettemin heb je in de omgeving verrassend indrukwekkende plekjes liggen. Zo durf ik wel te zeggen dat je in de Nanzoin Temple een ’s werelds mooiste liggende Boeddha’s hebt. Dit reusachtige beeld van liefst 41 meter lang maakte op mij in ieder geval een diepe indruk.

Verder is een bezoek aan het historische plaatsje Dazaifu een aanrader om te doen. Behalve het sfeervolle centrum en het plaatselijke schrijn, kun je er lekker ronddwalen in de heuvelachtige natuur.

Fukuoka is trouwens de stad waar ik mijn reis door Japan eindigde. Je kunt vanuit hier relatief goedkoop naar Kuala Lumpur vliegen. Bovendien ligt de luchthaven vlakbij het centrum, ik ben er zelfs naartoe gelopen.

6. Trek de Japanse Alpen in vanuit Matsumoto

Japan staat om vele dingen bekend, en een van die dingen zijn de kastelen in de karakteristieke bouwstijl. Matsumoto is een stad gelegen in de Japanse Alpen, waar je wat mij betreft een van de meest indrukwekkende kastelen kunt bewonderen. Ga je in de herfst of tijdens de kersenbloesem-periode, dan krijgt het complex een extra bijzonder tintje.

Alleen, je zou wel gek zijn als je de omgeving van de stad niet ging verkennen. Houd je bijvoorbeeld van natuur, dan is hiken door het park van Kamikochi een must om te doen. Je bevindt je er in het hart van de Japanse Alpen en tijdens het wandelen door de wildernis zie je continu bergen met besneeuwde toppen voor je.

Een andere aanrader is om richting de Magome-regio te trekken en een gedeelte van de Nakasendo Trail te lopen.

7. Ervaar het andere Japan in en rond Takayama

Net als Matsumoto is het pittoreske Takayama te vinden in de Japanse Alpen. Je bezoekt dit stadje om het vroegere Japan te ervaren, in Sanmachi Street heb je namelijk het gevoel tientallen jaren, zo niet langer, terug in de tijd te stappen. Behalve het historische karakter is de omringende natuur van Takayama ideaal om een middagje te wandelen. Ik bezocht Takayama in de herfst, en toen waren de bomen en struiken prachtig geel, rood, oranje en soms zelfs roze gekleurd.

Vanuit Takayama kun je trouwens de afgelegen plattelandsdorpjes Gokayama en Shirakawa-go bezoeken. Zo zie je Japan ook eens van een hele andere kant. In een vallei met gekavelde rijstvelden staan allerlei authentieke houten Gassho-huisjes met de zo typisch steile daken. Ben je in Shirakawa-go, loop dan even naar het Tenshukaku Observatory om het mooiste uitzicht op de vallei te hebben.

Via Shirakawa-go is het overigens de moeite om Kanazawa voor een paar dagen te bezoeken, er rijden directe bussen naartoe. Ik zou er echter niet je hele reisschema op afstemmen, want superveel is er niet te beleven.

8. Ga naar Hiroshima voor een stukje trieste geschiedenis

Denk je aan Hiroshima, dan zal het eerste wat je te binnen schiet waarschijnlijk de atoombomaanval van de Amerikanen in 1945 zijn. De sporen van dit drama uit de Tweede Wereldoorlog kun je in de stad nog altijd goed zien, met name in het indrukwekkende Peace Memorial Park en het Museum ter herdenking van de Vrede.

Ik zou liegen als ik zei dat Hiroshima een van de vrolijkste bestemmingen uit je Japan-reis zal zijn, al weet ik net zo goed zeker dat je iets mist als je er niet heengaat. Deze zwarte bladzijde uit de geschiedenis van Japan hoort nou eenmaal ook bij het land en maakt hoe dan ook indruk.

Bovendien is het in het levendige en inmiddels weer opgebouwde centrum hartstikke gezellig. En wat denk je van de Mitaki-dera Temple? Het is voor mij een van de mooiste tempelcomplexen die ik in Japan heb gezien.

Vergeet verder niet om naar het schilderachtige herteneiland Miyajima gaan. Je kunt daar onder andere de reusachtige torii-poort van het Itsukushima Shrine bewonderen en jezelf fysiek uitdagen door Mount Misen te beklimmen.

9. Breng een bezoekje aan het gezellige Sapporo

Met ongeveer 2 miljoen inwoners is het door bergen omgeven Sapporo de hoofdstad van Hokkaido. Ter vergelijking: in Tokyo wonen, zonder agglomeraties, zo’n 9 miljoen mensen.

Jaarlijks wordt er in februari het Sapporo Snow Festival -Sapporo Yuki Matsuri- gehouden. Er worden dan allerlei opmerkelijke sculpturen van ijs tentoongesteld, waarvan sommige zelfs hoger dan 25 meter zijn. Zoals wel vaker het geval is in Japan, is het geheel in de avonduren op zo’n mooist. De sculpturen worden dan namelijk sfeervol verlicht.

Sapporo is verder bekend vanwege de heerlijke miso-ramen die je er kunt eten. Daarnaast kent de stad talloze bierbrouwerijen en heeft het met Sapporo het oudste biermerk van Japan. En ieder jaar is er van half juli tot en met half augustus een zomerfestival waar -hoe kan het ook anders- bier centraal staat.

Een andere aanrader is om naar de 531 meter hoge top van Mount Moiwa te hiken om te genieten van een panoramisch uitzicht over de stad. Geen zin om te lopen? Dan kun je de kabelbaan pakken. Met name in de avond, wanneer Sapporo compleet verlicht is, is de view bijzonder fraai.

Wanneer je een liefhebber bent van wintersport, dan kun je van halverwege november tot en met begin mei terecht in diverse ski-resorts die rond de stad liggen. Een populair skigebied is de Bankei Ski Area.

Mocht je de tijd hebben, neem dan tevens een kijkje bij nabijgelegen dorpjes. Zo is Sounkyo een fijne plek om te relaxen in een onsen en kun je in Otaru erg lekkere seafood eten.

10. Chil op een van de paradijselijke eilandjes rond Okinawa

Je zou het bijna vergeten, maar Japan heeft meerdere paradijselijke eilanden waar je je reis in stijl kunt afsluiten (of beginnen natuurlijk). Een aanrader is in dit geval om richting Okinawa te reizen. Vanwege de zuidelijke ligging heerst er op en rond Okinawa overigens een aangenaam subtropisch klimaat, helemaal anders dan je in de andere delen van het land gewend bent.

Vanuit de niet zo boeiende hoofdstad Naha vaar je in een uur naar de Kerama-eilanden, onderdeel van de Okinawa-eilanden en een archipel van 36 eilandjes die je dat typische vakantiegevoel geven. Tokashiki, Zamami zijn er de meest bekende plekken. Snorkelen, duiken, luieren of genieten van het helderblauwe water; je kunt er doen wat je wilt. Behalve een dagtrip kun je er trouwens ook overnachten, al is dit vrij prijzig.

Verder zijn er de idyllische Yaeyama-eilanden die vlakbij Taiwan liggen maar officieel tot Japan behoren. Ishigaki Island is er het dichtstbevolkte eiland, waar je bovendien een redelijk groot vliegveld hebt en met Kabira Bay een van de mooiere stranden van Japan vindt. Helaas meren er nogal veel boten aan, waardoor het uitzicht op sommige momenten wordt belemmerd. Zoek je een goede snorkelspot, ga dan naar Yonehara Beach. Ook zijn het met jungle bedekte Iriomote Island en Taketomi Island toffe plekken om te bezoeken.

Tot slot raad ik de Miyako-eilanden aan, ze liggen zo’n 100 kilometer ten noorden van de Yaeyama-archipel en je kunt er per vliegtuig komen. Net als bij de bovengenoemde eilanden kom je ook hier in een paradijselijke omgeving terecht. Een paar nachtjes op het hoofdeiland Miyako verblijven zal je samen met de mooie stranden goede snorkel- en duikmogelijkheden een geweldige ervaring opleveren.

Voorbereiding backpacken in Japan: wat je moet weten

Tot slot van dit artikel heb ik nog een aantal tips voor je die handig zijn voor je naar Japan afreist. Denk aan de beste reistijd, visumzaken en je reisverzekering.

1. Beste reistijd Japan

Je kunt Japan eigenlijk het hele jaar door bezoeken. Het ligt er echt aan wat je precies wilt zien.

Zo loopt het ‘sakura’-seizoen, oftewel de kersenbloesemperiode, grof gezegd van het einde van maart tot en met halverwege mei. In de Okinawa-regio kan de kersenbloesem zelfs al in januari zichtbaar zijn. Wel is dit een van de drukste reisperiodes om Japan te bezoeken. Halverwege mei, als het zo’n beetje gedaan is met de bloesem, wordt het een stuk rustiger.

Zelf heb ik Japan in de herfst bezocht, om precies te zijn de hele maand november en een paar dagen in december. Echt een aanrader, want zeker toen het het halverwege november was kleurde de natuur sprookjesachtig mooi. De indrukwekkendste herfstkleuren zag ik in Takayama, Matsumoto, Miyajima en Kyoto. De temperaturen waren overdag prima te doen, ook omdat het zonnetje vaak scheen. Het heeft in ieder geval amper geregend. September tot en met november is trouwens officieel de herfst in Japan, al zijn de piekperiodes meestal van halverwege november tot en met begin december.

De zomermaanden juli en augustus zullen normaal gesproken erg heet en benauwd worden, al vinden er dan door het land wel leuke festivals plaats. Ook is Mount Fuji in deze maanden plus september geopend. Juni is een gok, aangezien er dan meestal veel regen valt.

Dan is er natuurlijk nog de koude winter, die van december tot en met februari loopt. De temperatuur zal gemiddeld rond het vriespunt liggen. Ideaal als je wilt gaan skiën, ook zijn de onsens dan extra populair. In Okinawa is het echter allemaal anders en kun je ook in deze maanden prima op het strand vertoeven.

Vermijd de Golden Week die van 29 april tot en met 5 mei loopt. De accommodatieprijzen rijzen dan de pan uit en het wordt (veel te) druk.

2. Visum Japan

Voor Japan heb je geen visum nodig. Bij binnenkomst krijg je een stempel in je paspoort die je recht geeft op 90 dagen vrij reizen door het land. Supermakkelijk! Ook is mij niet gevraagd naar een uitreisbewijs, al kan de maatschappij waarmee je vliegt dit wel vereisen.

3. Geld Japan

In Japan betaalt men als gezegd met de Japanse yen (JPY). Munten zijn er in de waardes 1, 5, 10, 50, 100 en 500 yen, en men heeft briefjes van 1.000, 2.000, 5.000 en 10.000 yen.

Hoe zit het met pinnen in Japan? Pinnen in de steden is gemakkelijk in Japan. De convenience stores zoals 7-Eleven hebben vaak een automaat waar je terechtkunt. Op het platteland en op sommige eilanden wordt het echter een stuk lastiger. Want ook al zijn daar misschien pinautomaten, bij veel van deze banken werkt je Nederlandse pinpas simpelweg niet. Op bijvoorbeeld Yakushima of Rebun-to is het aan te raden om cash mee te nemen.

De limiet is meestal 100.000 yen per transactie, zo’n 835 euro. Per transactie betaal je -los van de kosten van je eigen bank- bovendien een kleine commissie, al verschilt die per bedrag en per bank.

4. Vaccinaties en inentingen Japan

Voor Japan zijn geen inentingen verplicht. In bepaalde, zeldzame, gevallen kan een vaccinatie tegen teken-encefalitis en Japanse encefalitis worden aanbevolen. Overleg hierover met je arts.

5. Reisverzekering Japan

Zorg ervoor dat je niet voor vervelende verrassingen komt te staan mocht je in nood zitten. Sluit daarom een reisverzekering af. Zelf ben ik erg tevreden over FBTO. In dit handige stappenplan lees je hoe ik tot deze keuze ben gekomen.

Voor een uitgebreid overzicht en het vergelijken van verschillende aanbieders, adviseer ik je om gebruik te maken van Independer.

6. Route Japan

Zoek je een leuke route voor je reis door  Japan? Dan raad ik je aan om Backpackgids Japan aan te schaffen. De gids zit boordevol handige info, flink wat toffe routes en je krijgt er bovendien een bonusgids met insider-tips bij.

7. Vliegticket Japan

Zelf boek ik mijn vluchten vrijwel altijd via Skyscanner. Zij vergelijken de meeste luchtvaartmaatschappijen met elkaar, en zorgen ervoor dat je de scherpste prijs krijgt aangeboden.